What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren
Visit the website
‹
Return to search
P1.2 Oefentoets H5 Biomoleculen en praktijk
Oefentoets periode 1.2
1 / 13
next
Slide 1:
Slide
Biologie
MBO
Studiejaar 1
This lesson contains
13 slides
, with
interactive quizzes
and
text slide
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Oefentoets periode 1.2
Slide 1 - Slide
Maak de juiste combinaties door te slepen
Energiebron
Opslag reservevoedsel
Bescherming organisme
Stevigheid
Zit in de kern
Bevat erfelijke informatie
Versnellen reacties
Vervoer van stoffen
Bescherming tegen ziekte
Eiwitten
Koolhydraten
Nucleinezuren
Slide 2 - Drag question
Maak de juiste combinaties door te slepen
Een verbinding tussen 2 aminozuren
eiwit opgebouwd uit aminozuren
Bouwsteen van een DNA of RNA molecuul
Disacharide
Peptide-binding
Nucleotide
Lactose
Enzym
Slide 3 - Drag question
Een nucleotide is opgebouwd uit:
A
Fosfaat, lactose en een stikstofbase
B
Fosfaat, suiker en een stikstofbase
C
Fosfaat, ribose en een enzym
D
Aminozuur, suiker en een stikstofbase
Slide 4 - Quiz
De bouwsteen van een eiwit is een........
Slide 5 - Open question
Maak de juiste combinaties door te slepen
Fructose
Maltose
Zetmeel
Poly-
sacharide
Disacharide
Mono-
sacharide
Slide 6 - Drag question
Hoe heet de binding tussen twee monosachariden?
A
peptidebinding
B
polysaccharide
C
glycosidische binding
D
disaccharide
Slide 7 - Quiz
Welke indicator toont welk molecuul aan?
Zetmeel
Glucose
Vitamine C
Eiwit
DCPIP
Biureet
Benedict
Jodium (lugol)
Slide 8 - Drag question
I: Als zetmeel wordt gehydrolyseerd, kleurt benedict oranje
II: Als zetmeel gehydolyseerd wordt kleurt jodium geel
A
I is juist
B
I en II zijn juist
C
II is juist
D
I en II zijn onjuist
Slide 9 - Quiz
Wat is een andere naam voor 'Lipiden'?
A
Vetten
B
Eiwitten
C
Koolhydraten
D
Vitaminen
Slide 10 - Quiz
Welke monomeer is hier afgebeeld?
Slide 11 - Open question
I: De uiteinden van een eiwit hebben een aminogroep en een carbonzuurgroep
II: De uiteinden van een eiwit bestaan uit aminogroepen
A
I is juist
B
II is juist
C
I en II zijn juist
D
I en II zijn onjuist
Slide 12 - Quiz
Hoe wordt de binding tussen een aminogroep en een carboxylgroep genoemd?
Slide 13 - Open question