dinsdag 5april

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Lezen tot 9.15 uur

Oefenen tot 9.30 uur

Toets

Grammatica Er

Wat doen we met de oude boeken? Wat doen we ermee?

Er+...

1. Ik heb iets lekkers voor je gemaakt. Geniet ......

2. John eet met zijn mond open. Ik erger me.....

3. David heeft een prachtige reis gemaakt. Hij vertelde ons....

Als je een goed advies hebt, luister ik ....

1. naar
2. ernaar
3. over
4. erover

Eet je weleens stroopwafels? Hou je...?

1. van
2. ze
3. ervan
4. erdoor

Als ik verdriet heb, praat ik ....

1. over het
2. ervoor
3. ermee
4. erover

Ik wil die tafel wel van je kopen. Hoeveel wil je...... hebben?

1. ervoor
2. ervan
3. voor
4. ermee

Maak de zin af.
De docent heeft een lijst met cursisten. Ze schrijft mijn naam .......

Maak de zin af.
Julia vindt het niet erg om te strijken. Ze houdt.....

Maak de zin af.





Maak de zin af.
Wanneer wordt het pakje bezorgd? We wachten.....

Maak zelf zinnen met de woorden: ervan, ermee, ernaar, erover en erin