PW brugklas M+

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo t, mavo
• Leerjaar 1

Proefwerk introductie & par. 1.1 t/m 1.3 M+

Lees de vraag goed door

Iedereen krijgt andere vragen

Je kunt geen lessen bekijken in LessonUp

Ik kan zien wat je doet op je Chromebook

100 jaar

1000 jaar

10 jaar

eeuw

millennium

decennium

In welke eeuw ligt het jaartal:
251

In welke eeuw ligt het jaartal:
6 v.C.

In welke eeuw ligt het jaartal:
1939

In welke eeuw ligt het jaartal:
578 v.C.

1500-1588

1. Voor Christus
2. Na Christus

2020-2021

1. Voor Christus
2. Na Christus

90-55

1. Voor Christus
2. Na Christus

2021-2019

1. Voor Christus
2. Na Christus

PREHISTORIE

HISTORIE

Grotschildering van 8000 jaar oud

Hiërogliefenschrift

Aardewerk pot van 7000 jaar oud

De Eerste Wereldoorlog

Gedicht over een dode Farao

De eerste mensen doen aan veeteelt

Uitvinding Iphone

Bekijk de afbeelding en kies het juiste antwoord.

1. Dit is een ongeschreven bron uit de prehistorie
2. Dit is een geschreven bron uit de prehistorie
3. Dit is een ongeschreven bron uit de historie
4. Dit is een geschreven bron uit de historie

Bronnen uit de prehistorie zijn alleen ongeschreven bronnen

1. waar
2. niet waar

Bronnen uit de historie zijn alleen geschreven bronnen.

1. waar
2. niet waar

De tijd van Grieken en Romeinen duurde van ...

1. tot 3000 v.C.
2. 3000 v.C. tot 500 n.C.
3. 500 - 1000
4. 1500 - 1600

Wat is de juiste volgorde?

1. 1. Ontdekkers en hervormers - 2. Monniken en ridders - 3. Steden en Staten
2. 1. Monniken en ridders - 2. Steden en staten - 3. Ontdekkers en hervormers
3. 1. Steden en staten - 2. Ontdekkers en hervormers - 3. Monniken en ridders
4. 1. Monniken en ridders - 2. Ontdekkers en hervormers - 3. Steden en staten

Wanneer en waar ontstond de moderne mens?

1. Ongeveer 200.000 jaar geleden in Afrika.
2. Ongeveer 200.000 jaar geleden in Europa.
3. Ongeveer twee miljoen jaar geleden in het Midden-Oosten.
4. Ongeveer vier miljoen jaar geleden in het Midden-Oosten.

Wat past niet bij de samenleving van jagers en verzamelaars?

1. kleine groepen & geen sociale verschillen
2. weinig spullen & nomaden
3. graan verbouwen & sociale verschillen
4. jagen & vissen

Wat was de belangrijkste reden voor het steeds verhuizen van jagers en
verzamelaars?

1. Het voedsel in een gebied raakte op en daarom verhuisden de jagers en verzamelaars.
2. Jagers en verzamelaars vonden het leuk om te verhuizen.
3. Het klimaat veranderde, waardoor de jagers en verzamelaars moesten verhuizen.
4. Als de oogst mislukt was verhuisden de jagers en verzamelaars naar een ander gebied.

Vul in:
De eerste boeren leefden rond …… in het Midden-Oosten.

1. 9000 v.C.
2. 3000 v.C.
3. 1
4. 500

Lees de bron hiernaast (klik erop).
Waardoor is de landbouwsamenleving ontstaan volgens de bron?

1. Doordat mensen een voedselvoorraad wilden aanleggen.
2. Doordat mensen hun voedsel vlugger wilden opeten.
3. Doordat mensen meer wilden doen waar ze zin in hebben.
4. Doordat mensen geen zekerheid wilden in hun bestaan.

Jagers-verzamelaars werden langzamerhand boeren.
Wat was een oorzaken (= een reden) van de overgang naar landbouw?

1. Het boerenleven was minder zwaar dan jagen en verzamelen.
2. Jagers-verzamelaars trokken niet meer rond en kregen daardoor nieuwe kennis over de natuur.
3. Jagers-verzamelaars woonden liever in huizen dan in hutten.
4. Jagers-verzamelaars hadden een eenzijdig menu: ze aten vaak hetzelfde.

Wat is de juiste volgorde? (begin met wat eerst was)
1. Landbouw is noodzakelijk (echt nodig) om in leven te blijven.
2. Jagers en verzamelaars gaan over op de landbouw, maar jaagden af en toe ook nog.
3. Omdat er meer voedsel in de natuur te vinden was bleven jagers en verzamelaars op een plaats wonen.

1. 3 - 2 - 1
2. 1 - 2 -3
3. 2 - 3 - 1
4. 2- 1 - 3

Bekijk de bron hiernaast (klik erop).
Jagers en verzamelaars zijn boeren geworden.
Welke gevolg van de overgang op de landbouw zie je op de bron?

Omschrijf het begrip irrigatielandbouw

Een gevolg van de irrigatielandbouw in Egypte is dat grote gebieden onder één bestuur kwamen te staan.
Noem nog 1 ANDER gevolg van de irrigatielandbouw.

W valt onder nijverheid?elk beroep

1. Kapper
2. Politieagent
3. Pottenbakker
4. Leraar

Welke twee gebeurtenissen hebben te maken met het ontstaan van de handel in Egypte?
A Boeren moesten een deel van hun oogst afstaan als belasting.
B De farao benoemde ambtenaren om belastingen op te halen.
C De opbrengsten van de landbouw werden steeds groter.
D Er ontstond één groot land met een bestuur.
E Niet iedereen hoefde boer te worden en de nijverheid ontstond.
Schrijf de 2 juiste letters op.

Waarvoor werd het hiërogliefenschrift gebruikt in het oude Egypte? Geef 1 voorbeeld.

Lees de bron hiernaast (klik erop).
Noem op basis van de bron 1 taak die ambtenaren hadden in Egypte.

Zet de mensen op volgorde van belangrijkheid. Begin met de belangrijkste persoon.
A Een farao
B Een ambachtsman.
C Een boer.
D Een schrijver.
E Een slaaf

Maak de juiste combinaties! Let op er blijft 1 begrip over!

graan verbouwen

producten kopen en duurder verkopen

van grondstoffen iets maken

akkerbouw

handel

nijverheid

veeteelt

Einde

Klik op het kruisje, controleer je antwoorden en klik op lever in,

Klap je Chromebook dicht