Je me présente - écrire

• Frans
• Middelbare school
• vmbo g, t, mavo, havo
• Leerjaar 1,3

Le programme d'aujourd'hui:

ECRIRE

je me présente

 oefenen met korte zinnen

le but du cours

• Je weet hoe je jezelf in het Frans kan voorstellen
• je kunt korte zinnen maken zonder fouten

Comment on dit ça?

Hoe zeg je dat?

Vertaal de zinsdelen in het Frans:

Ik heet ....

1. Je suis
2. Je m'appelle
3. Je mappel
4. J'm'appelle

Ik woon in ......

1. Je habite dans
2. J'abite à
3. J'habite dans
4. J'habite à

Schrijf in een korte zin
waar je woont.

Ik ben 15 jaar.

1. J'ai quinze ans.
2. Je suis quinze ans.
3. J'ai seize ans.
4. Je suis quinze âge.

Zeg hoe oud je bent.
(in een hele zin)

ma famille
+ bez. vnw

Vertel in 3 zinnen iets over je gezin.
(denk aan: met wie je woont/hoe ze heten/bez.vnw.)

le temps libre / hobby

autre chose

aller au cinéma

avoir un exposé

être malade

faire de la musique

avoir besoin de

jouer au rugby

lire des magazines

écouter Spotify

surfer sur internet

tomber amoureux

Matières

Talen

Exacte vakken

zaakvakken

les maths

le français

l'histoire

l'économie

l'anglais

le néerlandais

la physique

la géographie

la chimie

vertellen over school en schoolvakken

Ma matière préférée est ...

1. la biologie
2. les maths
3. le français
4. la musique

présente-toi

1. Hoe je heet
   
2. Hoe oud je bent
   
3. Waar je woont
4. Met wie je woont
5. Vertel of je huisdieren hebt
6. Vertel in welke klas je zit
7. Vertel welke school vakken je hebt
8. Hoe laat het middagpauze is op school.

Schrijf welk vak je leuk vindt.

les langues

Ik spreek ... (en ...).

les rêves

Je voudrais devenir ... (médecin/avocat/professeur)
Je vais faire des études de ... (médecine/droit/psychologie)

J'aimerais habiter ... (aux Etats-Unis)

Je voudrais avoir ... (une grande famile)
Je serais ... (riche/docteur)

Schrijf wat je graag zou willen (doen) in de toekomst.