This lesson contains 58 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
PROEFWERK 3
Slide 1 - Slide
WOORDEN-
SCHAT
Slide 2 - Slide
Noteer een synoniem voor het woord reeds.
Er is (reeds) uitgebreid overleg geweest over de nieuwbouw.
Slide 3 - Open question
Noteer een synoniem voor het woord ondervonden. De leerlingen hebben (ondervonden) dat het belangrijk is om je te concentreren bij het maken van een proefwerk.
Slide 4 - Open question
Noteer een synoniem voor het woord permanent. We mogen de aula niet meer in tijdens tussenuren, maar deze maatregel is niet (permanent).
Slide 5 - Open question
Noteer de betekenis van de uitdrukking:
In de soep lopen.
Slide 6 - Open question
Noteer de betekenis van de uitdrukking:
Je uit het veld laten slaan.
Slide 7 - Open question
Noteer de betekenis van de uitdrukking:
Iets goed in je oren knopen.
Slide 8 - Open question
Verander het woord, zodat het in de zin past:
Wij kregen een (aankondiging) van mijn broer en zijn vriendin dat zij binnenkort gaan trouwen.
Slide 9 - Open question
Verander het woord, zodat het in de zin past:
Bij het formulier zit een uitgebreide (toelichten).
Slide 10 - Open question
Verander het woord, zodat het in de zin past:
(Beseffen) jij wel dat vandaag de toetsweek begint?
Slide 11 - Open question
GRAMMATICA
Slide 12 - Slide
Welke manier gebruik je om de persoonsvorm in een samengestelde zin te vinden?
Slide 13 - Open question
Wat is de persoonsvorm in de zin:
In de wachtkamer van de huisarts gaven smartphones en tabletcomputers de ongeduldige patiënten de nodige afleiding.
Slide 14 - Open question
Is de in juist verdeeld in zinsdelen?
In de wachtkamer van de huisarts | gaven | smartphones en tabletcomputers | de ongeduldige patiënten | de nodige afleiding.
A
ja
B
nee
Slide 15 - Quiz
Wat is het ww gezegde in de zin:
In de wachtkamer van de huisarts gaven smartphones en tabletcomputers de ongeduldige patiënten de nodige afleiding.
Slide 16 - Open question
Wat is het onderwerp in de zin:
In de wachtkamer van de huisarts gaven smartphones en tabletcomputers de ongeduldige patiënten de nodige afleiding.
Slide 17 - Open question
Wat is de persoonsvorm in de zin:
Zo'n glimmende, rode scooter heb ik altijd willen hebben.
Slide 18 - Open question
Is de zin juist verdeel in zinsdelen?
Zo'n glimmende, rode scooter | heb | ik | altijd | willen hebben.
A
ja
B
nee
Slide 19 - Quiz
Wat is het ww gezegde in de zin:
Zo'n glimmende, rode scooter heb ik altijd willen hebben.
Slide 20 - Open question
Wat is het onderwerp in de zin:
Zo'n glimmende, rode scooter heb ik altijd willen hebben.
Slide 21 - Open question
Wat is de persoonsvorm in de zin:
Met je eigen inlognaam en wachtwoord kun je jouw cijfers op Magister bekijken.
Slide 22 - Open question
Is de zin juist verdeeld in zinsdelen?
Met je eigen inlognaam en wachtwoord | kun | je jouw cijfers |op Magister | bekijken.
A
ja
B
nee
Slide 23 - Quiz
Wat is het ww gezegde in de zin:
Met je eigen inlognaam en wachtwoord kun je jouw cijfers op Magister bekijken.
Slide 24 - Open question
Wat is het het onderwerp in de zin:
Met je eigen inlognaam en wachtwoord kun je jouw cijfers op Magister bekijken.
Slide 25 - Open question
Noteer de persoonsvormen van de zin:
Hoewel meneer Nederpel ziek was, gaf hij gewoon les.
Slide 26 - Open question
Noteer de onderwerpen van de zin:
Hoewel meneer Nederpel ziek was, gaf hij gewoon les.
Slide 27 - Open question
Noteer de persoonsvormen van de zin:
De buren hebben lekkage, doordat een dakpan van het dak gewaaid is.
Slide 28 - Open question
Noteer de onderwerpen van de zin:
De buren hebben lekkage, doordat een dakpan van het dak gewaaid is.
Slide 29 - Open question
Noteer de persoonsvormen van de zin:
Oma bleef de heel dag zoeken, nadat ze haar ov-kaart verloren had.
Slide 30 - Open question
Noteer de onderwerpen van de zin:
Oma bleef de heel dag zoeken, nadat ze haar ov-kaart verloren had.
Slide 31 - Open question
SPELLING
Slide 32 - Slide
Noteer alle vijf regels voor het gebruik van de tussenletter -e tussen delen van een samenstelling.
Slide 33 - Open question
Noteer de samenstelling van
kip + ei
Slide 34 - Open question
Noteer de samenstelling van
bestuur + vereniging
Slide 35 - Open question
Noteer de samenstelling van
aap + trots
Slide 36 - Open question
Noteer de samenstelling van
zon + bad
Slide 37 - Open question
Noteer de samenstelling van
eer + burger
Slide 38 - Open question
Noteer de samenstelling van
verkeer + situatie
Slide 39 - Open question
Noteer de samenstelling van
banaan + boom
Slide 40 - Open question
Noteer de samenstelling van
mythe + vorming
Slide 41 - Open question
Welk woord is goed gespeld?
A
ambisieuze
B
ambitieuze
Slide 42 - Quiz
Welk woord is goed gespeld?
A
experimenten
B
expirimenten
Slide 43 - Quiz
Welk woord is goed gespeld?
A
ideale
B
ideaale
Slide 44 - Quiz
Welk woord is goed gespeld?
A
lineaal
B
liniaal
Slide 45 - Quiz
Welk woord is goed gespeld?
A
mediatheek
B
mediateek
Slide 46 - Quiz
Welk woord is goed gespeld?
A
persé
B
per se
Slide 47 - Quiz
Welk woord is goed gespeld?
A
ritueel
B
ritieel
Slide 48 - Quiz
Welk woord is goed gespeld?
A
schreinend
B
schrijnend
Slide 49 - Quiz
Noteer de juiste vorm van het woord:
Gelukkig heeft de tandarts me (verdoven).
Slide 50 - Open question
Noteer de juiste vorm van het woord:
Gelukkig heeft de tandarts me verdoofd, voordat hij gisteren mijn verstandskies (trekken).
Slide 51 - Open question
Noteer de juiste vorm van het woord:
Als je een politieagent (beledigen), krijg je meestal een bekeuring.
Slide 52 - Open question
Noteer de juiste vorm van het woord:
Als je een politieagent beledigt, dan (bekeuren) hij je meestal meteen.
Slide 53 - Open question
Noteer de juiste vorm van het woord:
Joshua heeft alles (ontkennen).
Slide 54 - Open question
Noteer de juiste vorm van het woord:
Joshua heeft alles ontkent, toen hij van diefstal (worden) (beschuldigen).
Slide 55 - Open question
Hoe denk je dat je deze test hebt gemaakt? Is het voldoende? Leg uit.
Slide 56 - Open question
Wat heb jij nog nodig of moet je nog doen om het proefwerk goed te maken?