This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
1 Voedingsbehoefte en voersamenstelling
1.1 Vleeseters, alleseters en planteneters
Les1
1 Voedingsbehoefte en voersamenstelling
1.1 Vleeseters, alleseters en planteneters
Les 1
Gezonde dieren
Slide 1 - Slide
Waar denk je aan bij het woord herbivoren, omnivoren en carnivoren?
Slide 2 - Open question
Slide 3 - Video
Type eters
Slide 4 - Slide
Vleeseters/carnivoor
Knipkiezen
Grote Hoektanden
Hond/kat/tijger/leeuw
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Alleseters/omnivoor
Knobbelkiezen
Mens/varken/kip/rat/muis/baardagame
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Planteneters/herbivoor
Plooikiezen
Koe/paard/schaap/geit/cavia/konijn
Herkauwers
Koe/geit/schaap
4 magen
Pens
Netmaag
Boekmaag
Lebmaag
PaiNtBaL
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Gebit
Slide 12 - Slide
Maag darm stelsel
Slide 13 - Slide
Een carnivoor heet ook wel een
A
Planteneter
B
Alleseter
C
Vleeseter
D
Omnivoor
Slide 14 - Quiz
1 Voedingsbehoefte en voersamenstelling
1.1 Vleeseters, alleseters en planteneters
Les1
1 Voedingsbehoefte en voersamenstelling
1.2 Ruw en krachtvoer
Les 2
Gezonde dieren
Slide 15 - Slide
Ruwvoer
komt rechtstreeks van het land
afkomstig van gras en planten
b.v. gras, hooi, snijmaïs en lucerne, maar ook kruiden, zoals andijvie, sla, paardenbloem, weegbree en muur
bij gedroogd ruwvoer hebben de dieren extra water nodig
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Krachtvoeders
afkomstig uit de fabriek
zit alles wat een dier nodig heeft
meestal in brokken, korrels of meel geperst
kopen in supermarkten, in dierenspeciaalzaken en via landbouwcoöperaties
op de verpakking staat welke grondstoffen erin zitten.
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Volledige voeding met supplementen.
zit alles wat het dier nodig heeft
b.v. hondenbrok, kattenbrok, diner en blikvoer
aanvulling van o.a. mineralen, vitaminen en vezelstoffen
voorbeeld slachtafval, zoals hart en pens, voor honden.
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Slang met prooidier
dieren die dieren eten
b.v. kameleons, hagedissen en slangen
eten dan gekweekte muizen, ratten en hamsters.
vissen eten levend voer (watervlooien)
Slide 22 - Slide
1 Voedingsbehoefte en voersamenstelling
1.1 Vleeseters, alleseters en planteneters
Les1
1 Voedingsbehoefte en voersamenstelling
1.3 Gezelschapsdieren voeren
Les 3
Gezonde dieren
Slide 23 - Slide
Gezelschapsdieren voeren
Jonge dieren
Eiwitten en calcium voor groei
Koolhydraten voor energie
Volwassendieren
Onderhoudsvoer
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Onderhoudsvoer
voedsel nodig om hun lichaam te onderhouden
b.v. spijsvertering, voortbewegen, op temperatuur te blijven
anders verzwakken en later ziek worden
Slide 26 - Slide
Productievoer
voedsel nodig voor de productie of groei
vleesgroei, productie van eieren, melk of voor het voortbrengen van nakomelingen
b.v. paard /sport op hoog niveau moet presteren
Slide 27 - Slide
Slide 28 - Slide
1 Voedingsbehoefte en voersamenstelling
1.1 Vleeseters, alleseters en planteneters
Les1
1 Voedingsbehoefte en voersamenstelling
1.4 Water en droge stof
Les 4
Gezonde dieren
Slide 29 - Slide
Water
voor het eigen lichaam, maar ook om iets te produceren, zoals melk
is niet voor alle dieren gelijk, in de woestijn zijn dieren zuinig (gerbil)
meeste voedermiddelen bevatten ook veel vocht
b.v. sla, 1000 gram sla bevat 950 gram water
konijn niet te veel water geven, wel bij deroge brok
Slide 30 - Slide
Slide 31 - Slide
Droge stof
Droge stof (DS) is een gedroogd voedermiddel.
Een kilogram hooi bevat bijvoorbeeld veel droge stof.
Als je één kilogram wortelen fijnmaalt en alle water eruit laat verdampen (in een schaaltje in de zon of in een magnetron), blijft er ongeveer honderd gram over. De hoeveelheid droge stof in één kilogram wortelen is dus honderd gram. Dat is een tiende deel.