Twents Carmel College

H4 Elektriciteit samenvatting

H4 Elektriciteit
H4.1 Stroomkringen
H4.2 Elektrische energie
H4.3 Elektrische energie opwekken
H4.4 Elektrische energie vervoeren
H4.5 Elektrische energie gebruiken
1 / 14
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeNatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 4

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H4 Elektriciteit
H4.1 Stroomkringen
H4.2 Elektrische energie
H4.3 Elektrische energie opwekken
H4.4 Elektrische energie vervoeren
H4.5 Elektrische energie gebruiken

Slide 1 - Slide

                             H4.1 Stroomkring 

Spanningsbron: Laat de stroom rondlopen

Ampèremeter: meet de stroom in (A)
  • Altijd in serie aansluiten

Voltmeter: meet de spanning (V)
  • Altijd in parallel aansluiten!!!
Serieschakeling:
  • Itot = I1 = I2 = I3
  • Utot = U1 + U2 + U3
Parallel schakeling:
  • Itot = I1 + I2 + I3
  • Itot = U1 = U2 = U3

Formule:

R=Aρl

Slide 2 - Slide

Formule's H4.1 en H4.2
P = U x I
U = I x R


E = P x t = U x I x t
C = I x t
R=Aρl
Vermogen
P
Watt
W
spanning
U
Volt
V
weerstand
R
Ohm 
 Ω
Rho
p
Ohm-meter
 Ωm
Energie
E
Joule
J
Tijd
t
Uur
h
Capaciteit
C
Ampere-uur
Ah

Slide 3 - Slide

Samenvatting H4.3
Je kunt de opwekking en opslag van energie in een auto beschrijven. 
  • Accu en Dynamo van de auto

Je kunt de onderdelen van een dynamo benoemen.
  • permanente magneet en een Spoel

Je kunt de werking van de dynamo uitleggen. 
  • Door magnetisch veld  langs de spoel te draaien wordt er wisselstroom opgewekt

Slide 4 - Slide

Dynamo
  • Doel: Wisselspanning opwekken
  • Magneet maakt weekijzer tijdelijk magnetisch
  • draaien van magneet zorgt voor wisselend magneetveld in spoel
  • wisselspanning wordt opgewekt  tussen uiteindenspoel 

Dynamo auto
  • levert tijdens rijden                             elektrische energie
  • Laadt de accu op                                          tijdens rijden
Accu
  • Accu bestaat uit 6 cellen die serie geschakeld zijn
  • Elke cel heeft een spanning van 2V
  • Onderdelen verbonden met metaal van auto: de massa
  • massa auto verbonden met -pool

Accu Auto: 

  • Laat motor starten
  • levert energie als auto                                         stil staat 



Slide 5 - Slide

H4.4 Elektrische energie vervoeren
Elektriciteitscentrale
Elektriciteitscentrale =>  generator (dynamo) => verschillende transformatoren  =>
van hoge naar lager spanning

Slide 6 - Slide

Waarvoor gebruiken we een transformator?
  • Een transformator verandert (transformeert) een  hoge spanning naar een lage spanning of andersom.
  • Een transformator is een primaire spoel    (1e deel) en een secundaire spoel (2e deel) om een weekijzeren kern.
  • Ideale transformator: Pp = Ps

Hoge spanning => weinig energieverlies
Lage spanning => Veiligheid


Slide 7 - Slide

H4.5 Elektrische energie gebruiken
  • Verschil kortsluiting en overbelasting
  • Groepszekering: max > 16 ampere
  • kWh-meter: houdt verbruik bij
  • Aardlekschakelaar: controleert lekstroom
  • Randaarde: voert lekstroom af
  • Dubbele isolatie: zie symbool binas!

  • Eel = P x t   (E in J of in kWh)

  • Pel = U x I 

  • 1 kWh = 3,6 MJ = 3,6 x 106 J 

Slide 8 - Slide

Rekenvoorbeeld: Weerstand berekenen

Mayke leest op de spanningsmeter een spanning af van 0,45 V en op de stroommeter een stroomsterkte van 0,13 A.
Bereken met deze gegevens de weerstand van de ijzerdraad.
  • Gevraagd:  R = ? Ω
  • Gegevens:  U = 0,45 V  ;  I = 0,13 A
  • Formule:     U = I x R => R = U : I
  • Uitwerking:  R = 0,45 : 0,13 = 3,5 Ω
  • Antwoord:    De weerstand is 3,5 Ω

Slide 9 - Slide

Rekenvoorbeeld: Elektrische energie
Het (opgenomen) vermogen kun je berekenen met:

Voorbeeld:
Een CV ketel (24 kW) brandt 10 minuten op vol 
vermogen. Hoeveel energie wordt er geleverd?

Antwoord:
  • E = P x t = 24 000 W x (10 x 60) s = 14 400 000 J = 14,4 MJ)
of
  • E = P x t = 24 kW x (10 : 60) h = 4 kWh

Slide 10 - Slide

Rekenvoorbeeld: Spanning transformator
Een deurbel sluit je aan op netspanning (230V), dit is de opgenomen spanning in de primaire stroomkring. Echter is de opgenomen spanning veel te hoog voor een deurbel om goed op te kunnen werken. Er wordt gebruik gemaakt van een transformator om de spanning omlaag te transformeren. de transformator heeft een primaire spoel met 350 wikkelingen. de secundaire spoel heeft 15 wikkelingen. Bereken de spanning waarop de deurbel werkt.
  • Us = ? V
  • Up = 230 V ; Np = 350  ; Ns = 15
  • Us x Np = Up x Ns
  • Us x 350 = 230 x 15 = 3450
  • Us = 3450 : 350 = 9,9 V

Slide 11 - Slide

Rekenvoorbeeld: transformator (2)
Een lasapparaat wordt aangesloten op een stopcontact (230V). De transformator in de adapter van het lasapparaat heeft een primaire spoel met 240 wikkelingen. De secundaire spoel heeft 50 wikkelingen.  De stroomsterkte in de secundaire stroomkring is 1,7A
  • Up = 230 V  ;  Np = 240  ;  Ns = 50  ;  Is = 1,7 A
A.) Bereken de secundaire spanning
  • Us x  Np  = Up x Ns   => 
  • Us x 240 = 230 x 50 => Us = 11500 : 240 = 47,9 V 
B.) Bereken de primaire stroomsterkte.
  • Pp = Ps  => Up x Ip = Us x Is 
  • 230 x Ip = 47,9 x 1,7  => Ip = 81,458 : 230 = 0,35 A

Slide 12 - Slide

Actie
"test jezelf" H4 maken

evt extra opgaven

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide