What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
Twents Carmel College
Visit the website
‹
Return to search
Persoonlijk vnw 1e 3e naamval + voorzetsels 3e naamval
Grammatik:
Voorzetsels 3e naamval.
Persoonlijk voornaamwoord 1e en 3e naamval.
1 / 12
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
This lesson contains
12 slides
, with
interactive quizzes
and
text slide
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Grammatik:
Voorzetsels 3e naamval.
Persoonlijk voornaamwoord 1e en 3e naamval.
Slide 1 - Slide
Ich möchte mit .... (zij) nach Hause fahren.
Vertaal en zet indien nodig het persoonlijk vnw in de juiste vorm.
Slide 2 - Open question
Hallo, kommt ... (zij) mit in die Eisdiele?
Vertaal en zet indien nodig het persoonlijk vnw in de juiste vorm.
Slide 3 - Open question
Aus .... (hij) wird sicher ein guter Koch.
Vertaal en zet indien nodig het persoonlijk vnw in de juiste vorm.
Slide 4 - Open question
Ich bin in drei Minuten bei .... (jij).
Vertaal en zet indien nodig het persoonlijk vnw in de juiste vorm.
Slide 5 - Open question
Wenn ... (jullie) fertig seid dann fahren wir los.
Vertaal en zet indien nodig het persoonlijk vnw in de juiste vorm.
Slide 6 - Open question
Beate wollte mit .... (wij) spielen.
Vertaal en zet indien nodig het persoonlijk vnw in de juiste vorm.
Slide 7 - Open question
Morgen gehe ich zu .... (zij meervoud).
Vertaal en zet indien nodig het persoonlijk vnw in de juiste vorm.
Slide 8 - Open question
Ich war kurz bei .... (jullie).
Vertaal en zet indien nodig het persoonlijk vnw in de juiste vorm.
Slide 9 - Open question
(ik) .... gehe in fünf Minuten zu .... (zij enkelvoud).
Vertaal en zet indien nodig het persoonlijk vnw in de juiste vorm.
Slide 10 - Open question
Wir haben nichts (van hun) .... .... gehört.
Vertaal en zet indien nodig het persoonlijk vnw in de juiste vorm.
Slide 11 - Open question
Ik kan persoonlijke voornaamwoorden en voorzetsels goed gebruiken in de 1e ,3e en/of 4e naamval
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 12 - Poll