Opdracht 3
1 Laura zeilde in haar eentje de wereld over.
2 drie van de volgende vier: (1) Ze durft de interviewer nauwelijks aan te kijken en als ze het wel doet, kijkt ze een beetje wantrouwend. (2) Ze kijkt niet naar de beelden van zichzelf. (3) Ze praat zachtjes, met weinig intonatie. (4) Ze lacht een beetje verlegen.
3 Ze lijkt iets meer op haar gemak te zijn, want ze geeft uitgebreid antwoord op de vragen. Maar ze spreekt nog steeds vrij vlak en als Paul Witteman zegt dat ze een bijzondere prestatie heeft geleverd, kijkt ze alsof ze niet gelooft dat hij dat meent.
4 Die stonden daar omdat Sint Maarten het eindpunt van haar reis was.
5 Ze had het veel te druk met zeilen en navigeren.
6 Nee, want je kunt de situatie op zee niet oefenen. De boot beweegt en op zee word je wakker en kijk je om je heen en ga je weer verder slapen als het kan. Dit kun je niet
7 Witteman noemt haar ‘een nationale trots’; hij zegt dat ze trots op haar zijn en dat ze niet bang hoeft te zijn dat ze gefileerd (= streng en kritisch ondervraagd) wordt.
8 Ze zijn heel open en ontspannen, ze kijken haar geïnteresseerd aan en stellen op een vriendelijke manier vragen. Ze lachen met haar mee als ze het heeft over de slaaptraining die ze moest volgen.
9 Ze beweegt meer, ze lacht veel meer en ze laat haar gezicht meer spreken.
10 Ze praat op normale toon, met meer intonatie, en ze vertelt open over haar avontuur. Je kunt horen dat ze weet waar ze het over heeft.