2. Drie onderdelen van een inleiding
1. Een pakkende eerste zin (de ‘haak’): Je begint met iets interessants of opvallends om de aandacht van de lezer te trekken.
Voorbeeld: "Iedereen is weleens naar de supermarkt gegaan voor een klein boodschapje, maar hoe vaak kom je met veel meer terug dan je van plan was?"
2. Uitleg waar je tekst over gaat (het onderwerp): Vertel kort wat het onderwerp van je tekst is, zodat de lezer weet waar het over gaat.
Voorbeeld: "In deze tekst lees je over hoe supermarkten slimme trucs gebruiken om je meer te laten kopen dan je eigenlijk van plan was."
3. Vertel wat je gaat bespreken (de opbouw): Geef kort aan welke punten je in je tekst gaat behandelen, zodat de lezer weet wat hij kan verwachten.
Voorbeeld: "Ik ga uitleggen hoe supermarkten je verleiden, wat de gevolgen zijn en hoe je slim kunt winkelen."