2.3 lezen Talent

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k, g
• Leerjaar 2,3

20 februari Nederlands

Alles dat je moet weten voor de toets

op 13 maart.

Doelen:

1. ik weet wat tekstdoelen zijn
2. Ik kan een tekstverband en een signaalwoord koppelen

Tekstdoel

Is de bedoeling die de schrijver heeft met zijn tekst.

Tekstdoelen

Wanneer je uit plezier een tekst leest, lees je een.......

1. informerende tekst
2. amuserende tekst
3. activerende tekst
4. overtuigende tekst

Een krantenartikel is vaak een.....

1. informerende tekst
2. amuserende tekst
3. activerende tekst
4. overtuigende tekst

Een stripverhaal is vaak een.....

1. informerende tekst
2. amuserende tekst
3. activerende tekst
4. overtuigende tekst

Een reclamefolder is vaak een....

1. informerende tekst
2. amuserende tekst
3. activerende tekst
4. overtuigende tekst

Een recensie is vaak een.....

1. informerende tekst
2. amuserende tekst
3. activerende tekst
4. overtuigende tekst

Tekstdoelen

Deze tekst is een ...

1. Amuserende tekst
2. Overtuigende tekst
3. Informerende tekst
4. Activerende tekst

Een advertentie van Coca Cola is een:

1. amuserende tekst
2. informatieve tekst
3. overtuigende tekst
4. activerende tekst

Onderwerp en deelonderwerp

Onderwerp = onderwerp hele tekst

Deelonderwerp = onderwerp van een alinea

TEKSTVERBANDEN

Uitleg signaalwoorden    

Aan signaalwoorden herken je een tekstverband

-  opsomming        allereerst, ook, bovendien, tot slot ....

-  tegenstelling     maar, daarentegen,echter, toch, 

-   reden                     want, omdat, daarom, venwege, immers...

-  conclusie             dus, kortom

-  voorbeeld             bijvoorbeeld, zoals, zo, ter illustratie...

-  oorzaak en gevolg  doordat, hierdoor, met als gevolg

Tekstverbanden blz. 146

Daarna

1. oorzaak/gevolg
2. tijdsvolgorde
3. tegenstelling
4. opsomming

maar

1. opsomming
2. vergelijking
3. tegenstelling
4. conclusie

DAAROM

1. opsomming
2. argument
3. tijd
4. voorbeeld

DUS

1. tijd
2. conclusie
3. vergelijking
4. opsomming

ZOALS

1. opsomming
2. oorzaak/gevolg
3. tijd
4. voorbeeld

DOORDAT

1. opsomming
2. oorzaak/gevolg
3. tijd
4. voorbeeld

'En' hoort bij het tekstverband:

1. Conclusie
2. Opsomming
3. Tegenstelling
4. Voorbeeld

'Omdat' hoort bij het verband...

1. tegenstelling
2. voorbeeld
3. opsomming
4. reden

Zoals is een signaalwoord voor opsomming

1. Waar
2. Niet waar

Aan de slag:

Maak opdracht 1 t/m 20 af van hoofdstuk 1.3 lezen (vanaf blz. 25)

Klaar? Kijk het na. 

Ook klaar? maak extra opdracht Nieuwsbegrip

werk rustig,  werk voor jezelf

Evalueren

tekstdoel?

tekstverband, signaalwoord?

Fijne dag!