What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
Visit the website
‹
Return to search
persoonlijk vnw woord 1e en 4e naamval
Guten Morgen!!!
1 / 30
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
vmbo t, mavo, havo
Leerjaar 2
This lesson contains
30 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
2 videos
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Guten Morgen!!!
Slide 1 - Slide
Wiederholung: Het persoonlijk voornaamwoord in de 1e en 4e naamval
> Persoonlijk voornaamwoord
Slide 2 - Slide
Leerdoelen 1/1
kennen
1. Je kent de
persoonlijke voornaamwoorden
in de eerste naamval.
2. Je weet hoe je de
4e naamval vindt
.
3. Je kent de
persoonlijke voornaamwoorden
in de
4e naamval
.
4.
Slide 3 - Slide
Welke
persoonlijk voornaamwoorden
in het Duits ken je?
Antwoord elke keer met één woord.
Slide 4 - Mind map
Slide 5 - Video
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Welke vraag stel je als je het onderwerp wilt weten?
A
Wat + gezegde + onderwerp
B
Wie/wat + gezegde
C
Aan/voor wie + gezegde + onderwerp
Slide 10 - Quiz
Welke vraag stel je als je het lijdend voorwerp wilt weten?
A
Wat + gezegde + onderwerp
B
Wie/wat + gezegde
C
Aan/voor wie + gezegde + onderwerp
Slide 11 - Quiz
Welke naamval is het onderwerp?
A
1e
B
2e
C
3e
D
4e
Slide 12 - Quiz
4e naamval is......
A
Onderwerp
B
Lijdende vorm
C
Meewerkende vorm
Slide 13 - Quiz
Du hast (uns) das nicht gesagt!
A
Onderwerp
B
Lijdend voorwerp
Slide 14 - Quiz
(Ich) habe morgen Geburtstag.
A
Onderwerp
B
Lijdend voorwerp
Slide 15 - Quiz
Welk persoonlijk voornaamwoord is "jullie" in het Duits? Luister en klik op het juiste antwoord.
timer
0:15
A
B
C
D
Slide 16 - Quiz
Welk persoonlijk voornaamwoord is "haar" in het Duits? Luister en klik op het juiste antwoord.
timer
0:15
A
B
C
D
Slide 17 - Quiz
1/4
(Ik) ... lade Anna auch ein.
Slide 18 - Open question
2/4
Wartest ... (jij) schon lange?
Slide 19 - Open question
3/4
Reitet ... (jullie) immer zusammen?
Slide 20 - Open question
4/4
Herr Ober, ... (wij) warten schon eine halbe Stunde.
Slide 21 - Open question
kies het juiste persoonlijk vnw:
Warum hat ___ mich nicht eingeladen.
A
er
B
ihn
Slide 22 - Quiz
Welke van de onderstaande woorden is een persoonlijk voornaamwoord?
(in de vierde naamval)
A
jullie
B
euch
C
dich
D
jij
Slide 23 - Quiz
Welke van de onderstaande woorden is een persoonlijk voornaamwoord?
(in de eerste naamval)
A
mich
B
uns
C
sind
D
er
Slide 24 - Quiz
Welke van de onderstaande woorden is een persoonlijk voornaamwoord?
(in de eerste naamval)
A
mich
B
uns
C
sind
D
er
Slide 25 - Quiz
Wat is de betekenis van het persoonlijk voornaamwoord in deze zin.
Wie heißen Sie?
A
jullie
B
u
C
zij
D
jij
Slide 26 - Quiz
Welk persoonlijk voornaamwoord is goed
Sie kann ihn/er nicht leiden.
A
ihn
B
er
Slide 27 - Quiz
Habt ihr noch Fragen?
Slide 28 - Slide
Chenne
Slide 29 - Slide
Slide 30 - Video