Leesvaardigheid

• Duits
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Leerdoel:
Je weet hoe je gericht een tekst kunt lezen

Tips

• Lees eerst de vraag en ga dan gericht zoeken.
• Zoek het trefwoord op in de vraag en lees dan de tekst
• Wanneer je betekenis van het woord niet weet?

1. Lijkt het op een Nederlands of Engels woord.
2. Kijk of je om het woord heen kunt lezen.

Duitse tekst lezen

Vragen beantwoorden altijd in het Nederlands

Mein Name ist Anna. Ich komme aus  England und lebe seit drei Jahren in Deutschland. Ich bin 15 Jahre alt und habe zwei Geschwister: Meine Schwester heißt Klara und ist 13 Jahre alt, mein Bruder Tom ist 18 Jahre alt. Wir wohnen mit unseren Eltern in einem Reihenhaus in  der Stadt. Meine Vater  ist Koch in einem Restaurant. Meine  Mutter arbeitet in einer Bank.

Ich lese gerne und mag Tiere: Wir haben einen Hund, zwei Katzen und im Garten einen Teich mit Goldfischen. Ich gehe auch gerne in die Schule, mein Lieblingsfach ist Mathematik. Deutsch mag ich nicht so gerne.

Nach der Schule gehe ich mit meinen Freundinnen shoppen und manchmal essen wir ein Eis. Am Samstag spiele ich Handball. Am Sonntag schlafe ich lange aus. und spilele mit meinen Tieren. Sonntag ist mein Lieblingstag!

Anna komt uit.... (zin 1)

1. Duitsland
2. Engeland

Heeft Anna broers en zussen? (zin 2)

1. Ja, 2 zussen
2. Ja, een broer en een zus
3. Nee, geen broers en zussen

Anna is de jongste van het gezin. (zin 2)

1. Dat klopt
2. Dat klopt niet

Zoek 2 plaatjes op van 2 vrijetijdsbestedingen van Anna.

Welk vak vindt Anna leuk op school (2e alinea)

Welk vak vindt Anna niet leuk op school (2e alinea)

Wat doet Anna op zaterdag? (alinea 3)

Welke zin klopt? (alinea 3)

1. Op zondag slaapt Anna uit en speelt ze met de dieren.
2. Op zondag slaapt Anna uit en loopt ze met de hond
3. Op zondag speelt Anna met de dieren en gaat ze uit met vriendinnen.

Jij moet toetsvragen maken over de tekst.
Bedenk een super moeilijke vraag.
Het antwoord moet wel in de tekst staan.

Hallo, ich bin Myriam

Zu meiner Familie gehören vier Personen. Die Mutter bin ich und dann gehört natürlich mein Mann dazu. Wir haben zwei Kinder, einen Sohn, der sechs Jahre alt ist und eine dreijährige Tochter.

Wir wohnen in einem kleinen Haus mit einem Garten. Dort können die Kinder ein bisschen spielen. Unser Sohn geht in die Grundschule, unsere Tochter geht noch eine Zeit lang in den Kindergarten. Meine Kinder sind am Nachmittag zu Hause. Ich arbeite darum  ich nur halbtags. Ich arbeite in einem Supermarkt.

Eigentlich gehören zu unserer Familie auch noch die Großeltern. Sie wohnen nicht bei uns. Sie haben ein Haus in der Nähe. Die Kinder gehen sie oft besuchen.

Hoe ziet het gezin van Myriam eruit? (alinea 1)

In wat voor huis woont Myriam? (alinea 2)

De kinderen Myriam moeten naar een speeltuin toe om te spelen?
Juist, omdat ...
Onjuist, omdat ...

Welke zin klopt?

1. Myriam is huisvrouw
2. Myriam werkt alle dagen in een supermarkt
3. Myriam werkt halve dagen in een supermarkt

Welke zin klopt?

1. De grootouders leven niet meer
2. De grootouders wonen in de buurt en de kinderen gaan vaak op bezoek
3. De grootouders wonen bij Myriam

Quizzzzzzzz

Nu volgt er een quiz over Deutschland. Je mag de antwoorden op internet opzoeken

Thema 1

Die Schule in Deutschland

Een leerling noemde "Physik" zijn lievelingsvak.
Welk vak is dit?

1. Biologie
2. Natuurkunde
3. Wiskunde
4. Gym

Welk vak vind jij het leukst? Schrijf dat op in het Duits.

Welke school kun je vergelijken met het VMBO?

1. Hauptschule
2. Realschule
3. Gymnasium
4. Sekundarstufe

In welke klas zit je in Duitsland als je in Nederland in de 2e klas van de middelbare school zit?

1. 4. Klasse
2. 6. Klasse
3. 8. Klasse
4. 10. Klasse

Thema 2

Essen und Trinken

Wo wurde die Currywurst in 1949 erfunden?

1. In Aachen
2. In Berlin
3. In München
4. In Frankfurt

Wie viele Brotsorten gibt es in Deutschland?

1. 50
2. 150
3. 200
4. 300

Wie heißt diese Kirschtorte?

1. Aachener Kirschtorte
2. Berliner Kirschtorte
3. Schwarzwälder Kirschtorte
4. Frankfurter Kirschtorte

Wer ist kein Einwohner von Deutschland?

1. Frankfurter
2. Berliner
3. Hamburger
4. Schnitzel

Thema 3

Musik

Welches Lied hörst du?

1. Applaus, Applaus- Sportfreunde Stiller
2. Monsta- Culcha Candela
3. Wenn sie Tanzt- Max Giesinger
4. Hamma!- Culcha Candela

Welches Lied hörst du?

1. Leuchtturm- Nena
2. 99 Luftballons- Nena
3. Liebe ist- Nena
4. Atemlos durch die Nacht- Helene Fischer

Welches Lied hörst du?

1. Atemlos durch die Nacht - Helene Fischer
2. Herzbeben - Helene Fischer
3. Lieblingskind - Namika
4. Die immer lacht - Kerstin Ott

Welches Lied hörst du?

1. Herzbeben - Helene Fischer
2. Regenbogenfarben - Kerstin Ott
3. Achterbahn - Helene Fischer
4. Die immer lacht - Kerstin Ott

Thema 4

deutsche Marken

Welche Marke kommt nicht aus Deutschland?

1. Dr. Oetker
2. Lipton
3. Haribo
4. Lidl

Welche Süßigkeiten (snoepjes) zijn van Haribo? (meerdere antwoorden goed)

1. Toffifee
2. Gummibärchen
3. Ricola
4. Kirsche

Leuk feitje! 

HARIBO is een afkorting van de naam en woonplaats van de man die HARIBO bedacht heeft, namelijk:

• HA = Hans (voornaam)
• RI = Riegel (achternaam)
• BO = Bonn (woonplaats)

Welche Automarke kommt NICHT aus Deutschland?

1. BMW
2. Audi
3. Porsche
4. Ferrari

Welche Marke ist Deutsch?

1. Dove
2. L'Oreal
3. Nivea
4. Rituals

Welche Marken sind Deutsch?

1. Adidas
2. Hugo Boss
3. Puma
4. Nike

Thema 5

Landeskunde

Hoe veel inwoners heeft
Duitsland ongeveer?

1. 60 miljoen
2. 80 miljoen
3. 65 miljoen
4. 83 miljoen

Kijk naar het plaatje.
Hoe veel Bundesländer
(provincies) heeft Duitsland?

Wie heißt diese Sehenswürdigkeit und wo steht sie?

1. das Brandenburger Tor in Düsseldorf
2. das Heldentor in Berlin
3. das Brandenburger Tor in Berlin
4. das Sonnentor in Hamburg

Wie heißt dieses Gebäude und wo steht es?

1. der Bundestag in Berlin
2. der Reichstag in Berlin
3. der Reichstag in Köln
4. der Bundestag in Frankfurt

Wie heißt dieses Fußballstadion und wo steht es?

1. die Allianz Arena in Stuttgart
2. die Mercedes-Benz-Arena in München
3. die Mercedes-Benz-Arena in Stuttgart
4. die Allianz Arena in München

In welcher Stadt steht dieser Turm?

1. Berlin
2. Frankfurt
3. Oberhausen
4. München

Wie heißt dieses berühmte Schloss?

1. Burg Elz
2. Schloss Neuschwanstein
3. Schloss Lichtenstein
4. Schloss Schwerin