Sensor 2a kgt 2.2 beweging van auto's

Sensor 2a kgt  2.2 Beweging van auto's
Doel
  • Jij weet hoe een motor de wielen van een auto aandrijven.
  • Je kent de woorden aandrijving, versnellingsbak, aandrijfas uitleggen
  • je kent de woorden: toerental, afgelegde weg ,omwentelingen per minuut
  • je kunt de snelheid uitrekenen.
1 / 16
next
Slide 1: Slide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Sensor 2a kgt  2.2 Beweging van auto's
Doel
  • Jij weet hoe een motor de wielen van een auto aandrijven.
  • Je kent de woorden aandrijving, versnellingsbak, aandrijfas uitleggen
  • je kent de woorden: toerental, afgelegde weg ,omwentelingen per minuut
  • je kunt de snelheid uitrekenen.

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

weet je het nog?
Weet jij het nog?
De 4 verschillende slagen zijn?........................................
De krukas drijft de ................................aan!

Slide 3 - Slide

  • De aandrijving is de constructie die de beweging van de motor overbrengt naar de wielen. (versnellingsbak en aandrijfas)
  • De versnellingsbak zorgt ervoor dat de beweging van de krukas via tandwielen overgebracht wordt naar de aandrijfas
  • De aandrijfas drijft de wielen aan.

Slide 4 - Slide

Toerental  = het aantal omwentelingen dat het voorwerp in 1 seconde maakt 
Snelheid heeft te maken met toerental wielen en de diameter van de wielen.

Formule:
snelheid m/s = toerental wielen omw/s  x omtrek wielen m
                                                  

Slide 5 - Slide

Snelheid (m/s) = toerental wielen (omw/s) x omtrek wielen (m)

De snelheid bij auto's wordt in km/h gegeven, dus moeten we omrekenen van m/s naar km/h dus moet je vermenigvuldigen met 3,6

de snelheid in km/h = 3,6 x de snelheid in m/s

Slide 6 - Slide

Reken voorbeeld
gegeven:
wiel heeft omtrek van 1,9 m
toerental is 15 m/s
gevraagd:
Hoe hard wordt er gereden in km/h?
formule:
Snelheid (m/s) = toerental wielen (omw/s) x omtrek wielen (m)
Snelheid (m/s) = 15 m/s x 1,9 m
Snelheid (m/s) = 28,5 m/s
Snelheid in km/h = 3,6 x de snelheid in m/s dus
28,5 m/s x 3,6 = 102,6 km/h

Slide 7 - Slide

snelheid

Slide 8 - Mind map

Snelheid (m/s) =......... ................... x...................................
toerental wielen (omw/s)
 omtrek wielen (m)
de doorsnede van de wielen (m)

Slide 9 - Drag question

Een rijdende auto heeft wielen met een omtrek van 150cm (let op!) De wielen draaien 10 omw/sec rond
Formule:
snelheid m/s = toerental wielen omw/s x omtrek wielen m

Slide 10 - Open question

Een toerental is aantal omwentelingen per seconde?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

De zuigers zijn gemonteerd aan de krukas

A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quiz

Beweging van de zuiger.
Hoe heet deze slag?
A
inlaatslag
B
compressieslag
C
arbeidsslag
D
uitlaatslag

Slide 13 - Quiz

viertakt betekend dat de beweging van elke zuiger 4 stappen kent.
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quiz

De nokkenas bediend de inlaat en uitlaat kleppen
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quiz

Maken uit je werkboek!
Blz 98 opdr 1 t/m 8

als het niet af is is het huiswerk!

Slide 16 - Slide