Will / to be going to
Theme 1
Grammar 3
This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.
Will / to be going to
Theme 1
Grammar 3
Er zijn twee manieren om te zeggen dat iets in de toekomst gebeurt.
1. will + hele werkwoord
2. am/are/is + going to + hele werkwoord
- iemand iets aanbieden:
I will get you some more tea.
Ik zal nog wat meer thee voor je halen.
- iets te beloven / belofte:
Anne will call you back later.
Anne belt je later terug.
- iets aan te kondigen:
They will be home at six.
Zij zullen om zes uur thuis zijn.
The game will start in four minutes.
De wedstrijd begint over vier minuten.
- een voorspelling zonder bewijs.
I will be rich in ten years.
Ik ben over 10 jaar rijk.
Hoe gebruik je will in een zin?
Onderwerp + will + hele werkwoord + rest van de zin.
We will be on time.
Het hele werkwoord is het werkwoord zonder daar iets aan toe te voegen.
Gebruik je om:
- vertellen dat iemand iets van plan is in de toekomst/ plannen
- voorspelling met bewijs
In het Nederlands gebruik je vaak het werkwoord 'gaan'.
- iemand is iets van plan in de toekomst:
I am going to drive to Bristol tomorrow.
Ik ga morgen naar Bristol rijden.
- een voorspelling met bewijs:
Look at those dark clouds! It is going to rain.
Kijk naar die donkere wolken! Het gaat regenen.