What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
Visit the website
‹
Return to search
Taalverzorging 9.1
Taalverzorging 9.1
Grammatica
1 / 17
next
Slide 1:
Slide
Ned
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
17 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
40 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Taalverzorging 9.1
Grammatica
Slide 1 - Slide
Werkwoordstijden
Slide 2 - Slide
Hoe vind je het zinsdeel
"onderwerp"?
A
De belangrijkste persoon in de zin.
B
Door eerst alle werkwoorden te zoeken.
C
Wie/wat + persoonsvorm.
Slide 3 - Quiz
Wat is het werkwoordelijk gezegde in de zin:
'Ik kan het werkwoordelijk gezegde benoemen'.
A
ik
B
kan
C
benoemen
D
kan benoemen
Slide 4 - Quiz
Zinsontleding
pv/wwg
ond
Op zondagmiddag
heb
ik
gekocht.
een cadeautje
Slide 5 - Drag question
Lijdend voorwerp
Slide 6 - Slide
Voorwerp of de persoon die nodig is om de handeling uit te voeren.
Slide 7 - Slide
d
Wat is de handeling? --> Werkwoordelijk gezegde (WWG)
Wie voert de handeling uit? --> Onderwerp (OND)
Wie/wat is nodig bij de handeling? --> Lijdend voorwerp (LV)
Voorbeeld:
Mijn vader laat elke ochtend de hond uit.
Wat?
WWG
--> Laat uit
Wie?
OND
--> Mijn vader
Wie/wat is nodig om uit te laten?
LV
--> de hond
Slide 8 - Slide
Lijdend voorwerp
LV
Wie of wat + onderwerp + wwg
Slide 9 - Slide
Wat is het lijdend voorwerp?
gekeken.
Het lijdend voorwerp
We
hebben
een serie
Slide 10 - Drag question
Wat is het lijdend voorwerp?
altijd
Het lijdend voorwerp
Waar
zet
jij
jouw racefiets
neer?
Slide 11 - Drag question
Slide 12 - Slide
Ik help
hem.
Ik zie
haar
.
Wij geven
jullie
iets.
Heb je
hun
geschreven?
Lijdend voorwerp
Meewerkend voorwerp
Lijdend voorwerp
Meewerkend voorwerp
Slide 13 - Drag question
De meester moet haar de taalles uitleggen
onderwerp
lijdend
voorwerp
meewerkend voorwerp
wwg
Slide 14 - Drag question
Mijn moeder
geeft
mij
een glas ranja
onderwerp
wwg
meewerkend voorwerp
lijdend
voorwerp
Slide 15 - Drag question
Bijwoordelijke bepaling
Waar?
Wanneer?
Waarom?
Slide 16 - Slide
Gisteren
leende
zijn rekenmachine
aan Michiel.
Jurgen
onderwerp
persoonsvorm
lijdend
voorwerp
meewerkend voorwerp
bijwoordelijke bepaling
Slide 17 - Drag question