Basisstof 1 verbranding

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Waar woon je?

Waar woon ik

1. Deventer
2. Laren gld.
3. Holten
4. Lochem

Welke sport doe je?

Welke sport denk je dat ik doe?

1. Zwemmen
2. Wielrennen
3. Tennis
4. Voetbal

Dit is mijn gezin

Hier woon ik 

Samen met mijn moeder

Samen met mijn vader

Belangrijke regels

• Wees respectvol.
• Luister naar elkaar.
• Geen kauwgom tijdens de les.
• Mobiel in je tas, tenzij ik het anders zeg ook niet tijdens de break.
• Sta ik naast de zijkant van de tafel dan start de uitleg.
• 2x spullen vergeten 1 uur nakomen.
• Ga je over de grens en stuur ik je uit de les dan kom je 1 uur na bij mij.  
• Lever je opdrachten niet op tijd in, dan zit je de volgende dag tot 17.00 op school 

Inloggen lesson up

als je inlogt bij lesson up dan moet je de code die gebruikt opschrijven in je schrift!

dit wachtwoord heb je altijd nodig:

KM2A:  jzyua

KM2B:  sgtgq

MH2A:  uojfy

Inloggen op de computer / ipad

De opdrachten die je voor N&Z maakt maak je op de laptop. 

Ga hiervoor naar magister meld je aan voor biologie en verzorging voor jou. 

Daarna moet je een klascode toevoegen. 

KM2A: 061834

KM2B: 970431

MH2A:  352664

basisstof 1

verbranding 

kenniskaart thema 1

leerdoelen:

- Je weet dat voor verbranding zuurstof nodig is en dat er koolstofdioxide ontstaat.

- Je kunt koolstofdioxide aantonen met een indicator. 

voorkennis testen 

test 

zuurstof

Als je een kaars brandt, verbrandt er kaarsvet. Kaarsvet is de brandstof. 

Ze je een glas over de kaars dan zal de vlam uit gaan, dit komt omdat de zuurstof opraakt. 

Voor verbranding is zuurstof nodig.

koolstofdioxide

Bij een brandende kaars ontstaan licht en warmte. Dat zijn vormen van energie. 

Bij verbranding komt altijd energie vrij. 

En er ontstaan nieuwe stoffen. Er ontstaat water (condens) en er ontstaat koolstofdioxide. 

indicator

een indicator is een stof die een andere stof aantoont.

de indicator helder kalkwater toont bij troebel worden koolstofdioxide aan. 

verbranding

Voor verbranding zijn een brandstof en zuurstof nodig. Na verbranding heb je water, koolstofdioxide en energie. 

vergelijking bij verbranding: 

brandstof + zuurstof           water + koolstofdioxide + energie   

DUSSSSS altijd

brandstof+ zuurstof = water + CO2 + energie

Wat komt er allemaal vrij?

WARMTE = 

LICHT=

 

WATER= 

koolstofdioxide =

(co2)

energie

energie

verbrandingsproduct

verbrandingsproduct

Energie

Ook in je lichaam vindt verbranding plaats. Hierbij is er geen vuur, wel is er brandstof nodig. Je lichaam gebruikt vooral glucose als brandstof. Glucose krijg je binnen met je voedsel. 

Bij verbranding in je lichaam van glucose ontstaat er water en koolstofdioxide. Ook komt er energie vrij. Ik elke cel in je lichaam vindt voortdurend verbranding plaats. 

Inspanning

Als je gaat bewegen dan hebben je spieren energie nodig. Energie komt vrij bij verbranding. Hoe harder je loopt hoe meer energie je cellen nodig hebben. 

Om meer zuurstof binnen te krijgen ga je sneller en dieper ademhalen. Je hart gaat ook sneller kloppen. Doordat je meer gaat verbranden ontstaat er warmte, dit wordt weer afgevoerd door de huid. Je gaat zweten. Het koolstofdioxide wordt uit de cellen afgevoerd door het bloed. 

Wat heb je NIET nodig voor verbranding?

1. Zuurstof
2. Koolstofdioxide
3. Ontbrandingstemperatuur
4. Brandstof

Wat zijn verbrandingsproducten?

1. stoffen die nodig zijn voor een verbranding
2. stoffen die ontstaan bij verbranding
3. stoffen die worden gebruikt bij een verbranding

Tijdens een sportwedstrijd gaat je ademhaling

1. langzamer
2. sneller

wat is een indicator?

Hoe ziet de vergelijking van verbranding eruit?

Nodig voor verbranding

Over na verbranding

Zuurstof

Koolstofdioxide

Water

Energie

Glucose

exit ticket:
wat is er nodig voor verbranding? wat ontstaat er bij verbranding

exit ticket:
bij een proef waarmee kun je koolstofdioxide aantonen?

padlet 

https://padlet.com/jhkleusveld/b1-verbranding-9zdgg160li8359js