4 Havo GL Ch.2 bron B verbes tous les temps

4 Havo GL Ch.2 bron B verbes tous les temps
1 / 32
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

4 Havo GL Ch.2 bron B verbes tous les temps

Slide 1 - Slide

Réponds: comment était ton weekend?

Slide 2 - Open question

Noteer de betekenissen van Pouvoir, Décrire en Servir.

Slide 3 - Open question

Tu-vorm van Pouvoir, Servir, Décrire
(Pr)

Slide 4 - Open question

Vous-vorm van Pouvoir, Servir, Décrire
(Pr.)

Slide 5 - Open question

je-vorm van Pouvoir, Servir, Décrire (P.C.)

Slide 6 - Open question

elles-vorm van Pouvoir, Servir, Décrire (P.C.)

Slide 7 - Open question

Noteer alle uitgangen van de Imparfait.

Slide 8 - Open question

Traduis: Kun je slapen?

Slide 9 - Open question

Traduis: We hebben een brief geschreven.

Slide 10 - Open question

Traduis: Ik bediende de klant.

Slide 11 - Open question

Noteer de betekenissen van Ecrire, Dormir, Partir, Sentir, Sortir.

Slide 12 - Open question

Futur et Futur du Passé
Futur (hele ww+ futuruitgang 
-> lijkt vaak op ww avoir)
Futur du Passé (Conditionnel)
(hele ww + imp.-uitgang.
Je servir-ai
Je servir-ais
Tu servir-as
Tu servir-ais
Il/elle/on servir-a
Il/elle/on servir-ait
nous servir-ons
Nous servir-ions
vous servir-ez
Vous servir-iez
Ils/elles servir-ont
Ils/elles servir-aient

Slide 13 - Slide

Futur et Futur du Passé
Futur 
Futur du Passé (Conditionnel)

Vertalen met 'zal' of 'zullen'
Vertalen met 'zou' of 'zouden'
Je servirai = ik zal bedienen
Je servirais = ik zou bedienen
Nous servirons = we zulen bedienen
Nous servirions = wij zouden bedienen.

Slide 14 - Slide

Futur et Futur du Passé
Bij werkwoorden op eindigend op -e, vervalt de -e in beide tijden: Ecrire -> j'écrirai=ik zal schrijven
                                 j'écrirais=ik zou schrijven

Slide 15 - Slide

Futur et Futur du Passé
Onregelmatige werkwoorden hebben een speciale Futurstam (ipv heel werkwoord). Achter deze stam zet je de uitgang.
           Pouvoir -> je pourrai - ik zal kunnen
                                 je pourrais = ik zou kunnen
(en ook: être -> je serai/serais        avoir -> j'aurai/aurais
                 aller -> j'irai/j'irais                faire ->  je ferai/ferais)
            vouloir-> je voudrai/je voudrais 

Slide 16 - Slide

Vul de antwoorden van opdracht 24a in.
Nr. 1

Slide 17 - Open question

Vul de antwoorden van opdracht 24a in.
Nr. 2

Slide 18 - Open question

Kijk nu nr. 3, 4, 5 en 6 na van ex. 24a
1. ce produit sert
2.les hommes pouvaient
3. nous avons décrit
4. vous servez

Slide 19 - Slide

Noteer het antwoord van ex. 24b.
nr. 2 (werkwoord)

Slide 20 - Open question

Noteer het antwoord van ex. 24b.
nr. 3 (alleen werkwoord)

Slide 21 - Open question

Noteer het antwoord van ex. 24b.
nr. 6 (alleen werkwoord)

Slide 22 - Open question

Kijk nu nr. 1, 4, 5 na van ex. 24b
1. l'entreprise a décrit
4. Nous pouvions
5. vous avez décrit

Slide 23 - Slide

Noteer het antwoord van ex. 24c.
nr. 4 (alleen werkwoord)

Slide 24 - Open question

Kijk nu nr. 1, 2, 3, 5, 6 na van ex. 24c
1. il m'écrivait
2. il ne se sentait pas
3. j'ai toute de suite senti
5. sa femme et lui ont très mal dormi
6. nous ne mentions pas

Slide 25 - Slide

Quelle est la traduction de...?
Ik zal schrijven
A
j'écrivais
B
j'écrirais
C
j'écris
D
j'écrirai

Slide 26 - Quiz

Quelle est la traduction de...?
Wij zouden bedienen
A
on servira
B
on servirait
C
nous servions
D
nous servons

Slide 27 - Quiz

Quelle est la traduction de...?
Jij zult kunnen
A
tu peux
B
tu pourra
C
tu pourras
D
tu pourrais

Slide 28 - Quiz

Quelle est la traduction de...?
Zij zouden kunnen
A
elles pourraient
B
elles pourront
C
elles pouvraient
D
elles pouvaient

Slide 29 - Quiz

Traduis

Jullie zullen de leraar kunnen beschrijven

Slide 30 - Open question

Traduis

Ik zou bedienen op het terras

Slide 31 - Open question

Traduis

Hoe zou je je vader beschrijven?

Slide 32 - Open question