3 mavo Les 1

HERZLICH WILKOMMEN
MAVO 3
1 / 31
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

HERZLICH WILKOMMEN
MAVO 3

Slide 1 - Slide

Liebe Leute, das Programm für heute
  • Seid ihr alle da?
  • Vorstellen Frau V.
  • Was wisst ihr noch? Wiederholung
  • Das Online-Buch functioniert?


Slide 2 - Slide

LERNZIELE


  • Ik weet van alles van mevrouw Verholen (Frau V)
  • Ik kan mezelf nog voorstellen in het Duits
  • Ik weet de lidwoorden in het Duits nog
  • Ik weet de regels voor zelfstandige naamwoorden/geslacht

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Wat is het Duitse woord voor
"mevrouw"
A
Herr
B
Kind
C
Sohn
D
Frau

Slide 9 - Quiz

Hoe spreek je de letter V
in het Duits uit?
A
Vau
B
Voe
C
Veu
D
Vui

Slide 10 - Quiz

DUS SPREEK UIT....
Frau V

Slide 11 - Slide

Noem persoonlijke
voornaamwoorden (Ne of Du)

Slide 12 - Mind map

Vertaal naar het Duits

jij
A
er
B
sie
C
es
D
du

Slide 13 - Quiz

Vertaal naar het Duits

u
A
ihr
B
Sie
C
sie
D
er

Slide 14 - Quiz

ik 
jullie
zij
het
wij
hij
ich
ihr
sie
es
wir
er

Slide 15 - Drag question

Het bepaald en onbepaald lidwoord
der, die und das
De lidwoorden in het Nederlands:
de en het (bepaald) een (onbepaald)
worden in het Duits aangegeven met:
der, die en das
der = mannelijk
die = vrouwelijk
das = onzijdig
De (bepaalde) lidwoorden in het Nederlands de en het (bepaald)
worden in het Duits:    der - die - das

GESLACHT!
der        = na een mannelijk zelfstandig naamwoord (vaak "de")
die         = na een vrouwelijk zelfstandig naamwoord (vaak "de")
das        = na een onzijdig zelfstandig naamwoord (vaak "het")
Het bepaald en onbepaald lidwoord

Slide 16 - Slide

DER + "mannelijke woorden"
mannelijke personen, dieren, beroepen
dagen
maanden
jaargetijden

Slide 17 - Slide

DIE + "vrouwelijke" woorden"
vrouwelijke personen, dieren, beroepen
vaak woorden eindigen op -e
altijd woorden eindigen op: 
-heit -keit -schaft -ung

Slide 18 - Slide

DAS + "onzijdige" woorden"
"het" woorden in het Nederlands 
(PAS OP: niet altijd!!)

Slide 19 - Slide

DIE + meervoud
Meervoudige zelfstandige naamwoorden

ALTIJD DIE

Slide 20 - Slide

.... Bruder
A
der
B
die
C
das

Slide 21 - Quiz

.... Tochter
A
der
B
die
C
das

Slide 22 - Quiz

.... Kuh
A
der
B
die
C
das

Slide 23 - Quiz

.... Mädchen
A
der
B
die
C
das

Slide 24 - Quiz

.... Buch
A
der
B
die
C
das

Slide 25 - Quiz

.... Mutter
A
der
B
die
C
das

Slide 26 - Quiz

.... Sonne
A
der
B
die
C
das

Slide 27 - Quiz

.... Lehrer
A
der
B
die
C
das

Slide 28 - Quiz

.... Land
A
der
B
die
C
das

Slide 29 - Quiz

an die Arbeit
PLANER WOCHE 37

Online: Brückenschlag "Sich vorstellen"
Buch/Online: Kapitel 1, Aufgaben 2 b.z. 8 (Wortschatz)
Lernen: Seite 48 "de berg" t/m "de zee"


Slide 30 - Slide

LERNZIELE


  • Ik weet van alles van mevrouw Verholen (Frau V)
  • Ik kan mezelf nog voorstellen in het Duits
  • Ik weet de lidwoorden in het Duits nog
  • Ik weet de regels voor zelfstandige naamwoorden/geslacht

Slide 31 - Slide