What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
Visit the website
‹
Return to search
8.3 Wat zijn jouw rechten en plichten?
8.3 Wat zijn jouw rechten en plichten?
1 / 20
next
Slide 1:
Slide
Mens & Maatschappij
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
This lesson contains
20 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
8.3 Wat zijn jouw rechten en plichten?
Slide 1 - Slide
Leerdoel 1
Je weet wat het verschil is tussen rechten en plichten.
Slide 2 - Slide
Iedereen in Nederland heeft rechten en plichten. Wat is het verschil tussen een recht en een plicht?
Slide 3 - Open question
Rechten en Plichten
Zonder regels?
Chaos
Oplossing: rechten en plichten
Rechten:
- Je mag het doen, maar is niet verplicht
Plichten:
- Je moet het doen, anders is er een gevolg
Dingen die niet mogen zijn ook een plicht
Slide 4 - Slide
Leerdoel 2
Je weet welke verschillende overtredingen er zijn.
Slide 5 - Slide
Wat is het verschil tussen een overtreding en een misdrijf?
Slide 6 - Open question
Strafbaar feit of misdrijf?
Houd je je niet aan de wet? -->
strafbaar feit
2 soorten strafbaar feit:
-
Overtreding
-
Misdaad/Misdrijf
Bega je een strafbaar feit? --> Ben je een
dader
Niet alles wordt ook gestraft, soms wordt iets
gedoogd
- strafbaar feit dat wordt toegelaten
Slide 7 - Slide
Wat zijn gedoogde dingen in Nederland?
A
Softdrugs
B
Tatoeage onder de 18
C
Telefoneren op de fiets
D
Openbaar dronkenschap
Slide 8 - Quiz
Leerdoel 3
Je kunt uitleggen hoe de rechtspraak in een rechtbank werkt.
Slide 9 - Slide
Welke mensen zitten allemaal in een rechtszaal bij een rechtszaak?
Slide 10 - Open question
In de rechtbank
In rechtbank worden mensen beoordeeld die een misdrijf/strafbaar feit zijn begaan.
Verdachte
: Beschuldigde
Advocaat
: Probeert de verdachte te verdedigen
Officier van Justitie
: Probeert de verdachte te veroordelen
Rechter
: Controleert de feiten/de wet voor een oordeel
Slide 11 - Slide
Wat voor soorten straffen kan de rechter allemaal geven?
Slide 12 - Open question
Vervolging
Taakstraf, geldstraf, gevangenisstraf
2 soorten veroordeling:
voorwaardelijk
en
onvoorwaardelijk
Voorwaardelijk
: Hele straf moet direct gebeuren
Onvoorwaardelijk
: Deel van de straf niet direct
Bij goed/niet terugkerend gedrag wordt de rest kwijtgescholden
Mensen met een stoornis krijgen tbs
Slide 13 - Slide
Leerdoel 4
Je begrijpt het verschil tussen drie verschillende soorten recht.
Slide 14 - Slide
Soorten rechtspraak
Strafrecht,
Burgerlijk recht
en
Bestuursrecht
Strafrecht: tussen staat en verdachte
Burgerlijk recht: tussen burgers en/of organisaties
- Scheidingen, garantieregels
Bestuursrecht: tussen burger en overheid
- Aanleg van snelweg, belasting
Ombudsman
: onafhankelijk persoon die oordeelt
Slide 15 - Slide
Een rechtszaak over de plaatsing van een schutting bij buren hoort bij:
A
Strafrecht
B
Burgerlijk recht
C
Bestuursrecht
Slide 16 - Quiz
Een rechtszaak over het stelen bij de supermarkt hoort bij:
A
Strafrecht
B
Burgerlijk recht
C
Bestuursrecht
Slide 17 - Quiz
Een rechtszaak over een verkeersongeluk hoort bij:
A
Strafrecht
B
Burgerlijk recht
C
Bestuursrecht
Slide 18 - Quiz
Een rechtszaak over de aanleg van windmolens voor groene energie hoort bij:
A
Strafrecht
B
Burgerlijk recht
C
Bestuursrecht
Slide 19 - Quiz
Huiswerk
Maken:
Paragraaf 8.3
Opdracht 1 tm 14
Slide 20 - Slide