Pleonasme en Tautologie

Pleonasme en Tautologie
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Pleonasme en Tautologie

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Waarom gebruiken we stijlfiguren?

Slide 2 - Open question

This item has no instructions

Slide 3 - Video

This item has no instructions

Uitleg
Een pleonasme en tautologie zijn allebei dubbelopjes. Je zegt iets twee keer in dezelfde zin. Het verschil tussen deze twee stijlfiguren zit 'm in de woordsoorten.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wat is het verschil op woordsoorten tussen een pleonasme en tautologie?

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

Wat is een voorbeeld van een pleonasme?
A
De snelle fietser
B
De witte sneeuw
C
Het dikke boek

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een pleonasme?
A
gele kanariepiet
B
mooi boek
C
natte tranen
D
prima start

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een voorbeeld van een pleonasme?
A
de blauwe bloem
B
het groene gras
C
de rode hoed
D
de zwarte vogel

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een voorbeeld van een pleonasme?
A
roze etui
B
houten stoel
C
ronde cirkel
D
glazen raam

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Tautologie
A
blij en verheugd
B
heden en verleden
C
groen gras
D
uren op jou te wachten

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Wat is hier een tautologie?
A
Ik snoep meestal in de nacht
B
Ik drink nooit tijdens het rijden
C
Ik eet enkel en alleen friet
D
Ik slaap meer dan acht uur

Slide 11 - Quiz

Jullie
Wat is een voorbeeld van een tautologie?
A
Hij gaat zeker en vast verliezen vandaag.
B
Hij heeft geen idee wat hij moet doen.
C
Roos is altijd te laat.
D
Hij heeft die ronde bal een schop gegeven.

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Tautologie is..
A
Dat kost duur
B
eenzaam en alleen
C
Nooit geen geld
D
witte sneeuw

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Wanneer is een pleonasme of tautologie foutief

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Wat heb je geleerd over deze twee stijlfiguren?

Slide 15 - Open question

This item has no instructions