Visit the website
‹Return to search

Hoofdstuk 6 MH 1

Hoofdstuk 6 
Klimaten en Landschappenin Europa
1 / 23
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 6 
Klimaten en Landschappenin Europa

Slide 1 - Slide

Golfstroom en westenwind
Golfstroom en westenwind

Slide 2 - Slide

Wat doet de wind en de golfstroom met de temperatuur in Nederland?

Slide 3 - Slide

Loef en lijzijde

Slide 4 - Slide

Reliëf, temperatuur en neerlag hebben invloed op elkaar.
Kijk maar eens naar de temperatuursverschillen tussen de plaatsen in Noorwegen en Zweden. 

Slide 5 - Slide

Welke klimaatsoorten ken je?

Slide 6 - Mind map

§6.3 Europa: klimaten en begroeiing

Slide 7 - Slide

Nederland, welk klimaat?

Slide 8 - Slide

Zeeklimaat
* Hele jaar neerslag
* Loofbomen
* Zomer boven de 18ºC
* Winter boven de -3ºC

Slide 9 - Slide

Middellandse Zeeklimaat -> Droge en warme zomers. 

Slide 10 - Slide

Landklimaat
*Hete zomers, koude winters
*Grote temperatuursverschillen

Slide 11 - Slide

Toendraklimaat
  • Het wordt in de zomer niet warmer dan 10ºC
  • Er groeien helemaal geen bomen

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Drag question

Hooggebergteklimaat
Hoog in de bergen is het ook te koud, de temperatuur blijft er altijd onder 10°C. 
Er valt veel neerslag.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Klimaatverandering
Hoofdstuk 6 paragraaf 4 : Klimaatverandering
- Je weet welke kenmerken klimaatverandering in Europa heeft
- Je weet dat klimaatveranderingen altijd voorkomen
- Je kunt het verschil tussen de temperatuurstijging in het verleden het nu beschrijven
- Je weet de gevolgen van klimaatveranderingen in koude en droge gebieden

Slide 16 - Slide

De temperatuur verandert

Slide 17 - Slide

Versterkt broeikaseffect

Slide 18 - Slide

Gevolgen in koude gebieden

Slide 19 - Slide

Gevolgen voor de temperatuur

Slide 20 - Slide

Verandering in neerslag

Slide 21 - Slide

Gevolgen voor Europa
In koude gebieden -> Smelten van gletsjers en poolijs
De zeespiegel stijgt
Waterafvoer via rivieren stijgt
In droge gebieden -> Er valt minder neerslag -> het wordt nog droger -> steppes veranderen in woestijnen = Verwoestijning

Positief voordeel: Meer landbouwgrond, langer groeiseizoen

Slide 22 - Slide

Wat moet je doen?

Slide 23 - Slide