Periode 2 les 21 herhaling ein/eine & kein/keine nieuw: het bezittelijk vnw

Schloss Neuschwanstein  (Bayern)  --> 

lich Willkommen
1 / 30
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Schloss Neuschwanstein  (Bayern)  --> 

lich Willkommen

Slide 1 - Slide

Das Programm für Heute

- Herhaling der/die/das, ein/eine & kein/keine
- Uitleg bezittelijke vnw

Slide 2 - Slide

Doelen

- Ik weet wanneer een woord mannelijk, vrouwelijk of onzijdig is.

-Ik weet wanneer ik der/die/das gebruik.

- Ik weet de vertalingen van ein/eine & kein/keine.

-Ik weet wanneer ik ein/eine & kein/keine gebruik.

Nieuw! - Ik weet wat bezittelijke vnw zijn 

-Ik weet de Duitse vertalingen van de bezittelijke vnw. 


Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Bepaalde en onbepaalde lidwoorden

Je hebt twee soorten lidwoorden: bepaalde en onbepaalde lidwoorden.

Bepaalde lidwoorden (de/het) zijn in het Duits: der, die & das
Onbepaalde lidwoorden (een) zijn in het Duits: ein & eine 

Slide 7 - Slide

der die of das?

Slide 8 - Slide

Wanneer gebruik je het lidwoord der?

Slide 9 - Mind map

Wanneer gebruik je het lidwoord die?

Slide 10 - Mind map

Wanneer gebruik je het lidwoord das?

Slide 11 - Mind map

herhaling: der, die, das und die

Slide 12 - Slide

timer
1:00
die
der
das
Mann
Frau
Kind
Junge
Schule
Mädchen

Haus
Lehrer

Lehrerin

Slide 13 - Drag question

ein, eine, ein

Slide 14 - Slide

ein
eine
keine
Schule
Frau
Mann
Mädchen
Freundinnen
Menschen

Slide 15 - Drag question

... Stier
Noteer het juiste bepaalde lidwoord

Slide 16 - Open question

... Zeitung
Noteer het juiste bepaalde lidwoord

Slide 17 - Open question

... Menschen
Noteer het juiste bepaalde lidwoord

Slide 18 - Open question

... Mannschaft
Noteer het juiste bepaalde lidwoord

Slide 19 - Open question

... Freund
Noteer het juiste bepaalde lidwoord

Slide 20 - Open question

... Brötchen
Noteer het juiste bepaalde lidwoord

Slide 21 - Open question

....Handy
welk onbepaald lidwoord past?

Slide 22 - Open question

.... Junge
welk onbepaald lidwoord past?

Slide 23 - Open question

.... Schwester
welk onbepaald lidwoord past?

Slide 24 - Open question

.... Kinder
welk onbepaald lidwoord past?

Slide 25 - Open question

Samenvatting
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
Persoonlijk voornaamwoord 
Nominativ
er
sie
es
sie
Bepaald lidwoord 
Nominativ
der Mann
die Frau
das Kind
die Leute
Onbepaald lidwoord
Nominativ
ein Mann
eine Frau
ein Kind
keine Leute

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

ik 
mijn
jij
jouw
hij
zijn
zij 
haar
het 
zijn
wij
ons/onze
jullie
jullie
zij
hun
u
uw
ich
mein-
du
dein-
er
sein- 
sie 
ihr-
es
sein-
wir
unser-
ihr
euer-
sie
ihr-
Sie
Ihr-
Bezittelijk
voornaamwoord

Slide 28 - Slide

mijn
jouw
zijn
haar
hun
onze
jullie
uw
mein
unser
ihr (m.v.)
ihr (e.v.)
sein
Ihr
dein
euer

Slide 29 - Drag question

De uitgangen van de bezittelijke voornaamwoorden
  • De bezittelijke voornaamwoorden krijgen dezelfde uitgang als de woorden ein(e) en kein(e). 

  • Let op het bezittelijk voornaamwoord 'euer' (=jullie)
Ist das euer Vater?
Ist das eure Mutter?

Slide 30 - Slide