H2: Taalverzorging 2.1 2.2

H2: Taalverzoring
2.1 Grammatica
2.2 Spelling
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

H2: Taalverzoring
2.1 Grammatica
2.2 Spelling

Slide 1 - Slide

Wat is geen lidwoord?
A
de
B
een
C
nu
D
het

Slide 2 - Quiz

Wat is het meervoud?
(Schrijf ook het lidwoord)
de wedstrijd

Slide 3 - Open question

Wat is het meervoud?
(Schrijf ook het lidwoord)
de eigenschap

Slide 4 - Open question

Wat is het meervoud?
(Schrijf ook het lidwoord)
de bewoner

Slide 5 - Open question

wat zijn bijvoeglijke naamwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fiets, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken

Slide 6 - Quiz

Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het.....
A
Zelfstandig naamwoord
B
Bijwoord
C
Werkwoord
D
Bijvoeglijk naamwoord

Slide 7 - Quiz


Wat zijn de bijvoeglijke naamwoorden?
A
zonnige
B
dag
C
zonnige , leren
D
leren

Slide 8 - Quiz

Plaats leestekens en hoofdletters:
ik ga naar huis want ik ben ziek

Slide 9 - Open question

Zet de leestekens op de goede plek:

Ik hou van frietjes pizza en appelmoes

Slide 10 - Open question

Schrijf over. Zet leestekens waar dat moet.

Als het pijn doet geef je maar een gil

Slide 11 - Open question

Herhalingsvraag.

Waar kun je een zelfstandig naamwoord aan herkennen?
A
Je kunt een znw in het meervoud zetten.
B
Je kunt er een lidwoord voor zetten.
C
Je kunt het znw verkleinen.
D
Alle gegeven antwoorden zijn juist.

Slide 12 - Quiz

Wat is het meervoud van:

baby

Slide 13 - Open question

Wat is het meervoud van:

kalf

Slide 14 - Open question

Wat is meervoud van
muis?

Slide 15 - Open question

Wat is het meervoud van
tosti?

Slide 16 - Open question

Wat is het verkleinwoord van schutting?

Slide 17 - Open question

lolly (verkleinwoord)

Slide 18 - Open question

Café (verkleinwoord)

Slide 19 - Open question