What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
Yvonne Wielaard
Docent N&Z en L.O. - mentoraat klas 1 VO
menu
Lessons
Search
Yvonne Wielaard
2MH N&Z/Bi
D2BTh6 Erfelijkheid en evolutie
Erfelijkheid - lln - Oefenen
D2BTh6 B1 oefenen
D2BTh6 B1 oefenen
D2BTh6 B1
Je uiterlijk
Info gebruikt van:
Malmberg methode Biologie en verzorging voor jou
Biologiepagina.nl
Bioplek.org
Biologieweb.nl
e.a.
1 / 9
next
Slide 1:
Slide
Biologie
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 2
This lesson contains
9 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
D2BTh6 B1
Je uiterlijk
Info gebruikt van:
Malmberg methode Biologie en verzorging voor jou
Biologiepagina.nl
Bioplek.org
Biologieweb.nl
e.a.
Slide 1 - Slide
Oefenvragen.... wat weet je (niet)?
Als je fouten maakt, het niet snapt:
STEL VRAGEN
NOTEER IN JE SCHRIFT DE VRAAG EN HET JUISTE ANTWOORD
Je hebt er helemaal niets aan om de vragen
'even snel' te maken ... als jij er niet over nadenkt:
Slide 2 - Slide
Wat is waar
(info: van nr 2
zijn er 46)
A
1 lichaamscel 2 chromosomen
B
1 chromosomen 2 celkern
C
1 chromosomen 2 lichaamscel
D
1 celkern 2 chromosomen
Slide 3 - Quiz
In elke lichaamscel van je lichaam zit
A
erfelijk materiaal van de vader en de moeder
B
DNA dat uit chromosomen bestaat
C
alleen van 1 van de ouders erfelijk materiaal
D
2 celkernen: 1 van de vader en 1 van de moeder
Slide 4 - Quiz
Wat is NIET waar?
A
Een gen is een stukje DNA dat informatie over 1 eigenschap bevat
B
Chromosomen zijn voor te stellen als lange strengen.
C
In het DNA zit de code waarin al onze erfelijke eigenschappen zijn vastgelegd.
D
DNA is een klein stukje van een gen.
Slide 5 - Quiz
Wat is NIET waar?
A
DNA is te vinden in huidschilfers en haarwortels
B
In het DNA kunnen erfelijke ziekten worden opgespoord of kan ontdekt worden of mensen familie zijn
C
DNA is te vinden in sperma of bloedsporen
D
DNA is alleen bij mensen in de celkern aanwezig
Slide 6 - Quiz
Het Fenotype is
A
het uiterlijk, dat wat je ziet (de waarneembare) eigenschappen van een organisme
B
Alle informatie voor de erfelijke eigenschappen van een organisme
C
een sproet
D
een piercing
Slide 7 - Quiz
Het Genotype is
A
het uiterlijk, dat wat je ziet (de waarneembare) eigenschappen van een organisme
B
Alle informatie voor de erfelijke eigenschappen van een organisme
C
een sproet
D
een piercing
Slide 8 - Quiz
Wat is waar?
A
Het genotype = fenotype + invloed uit milieu
B
Het fenotype van een organisme is de informatie voor de erfelijke eigenschappen van dat organisme.
C
Het fenotype = genotype + invloed uit milieu
D
De oorzaken van de veranderingen van het genotype noemen we 'invloeden uit het milieu'.
Slide 9 - Quiz