Praktijk: Zetmeel aantonen 2021

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k, g, t, mavo
• Leerjaar 2

Voeding en Vertering

Praktijk: Zetmeel aantonen

Onvoldoende als s.o. cijfer

Als je je NIET aan de afspraken houdt.

- Volg de instructie op van de Toa / docent

- Werk rustig (stil als nodig en fluisteren)

- Netjes werken met: voedingsmiddelen/jodium

- Schema invullen en tekst overschrijven en

   invullen

Zetmeel is een koolhydraat

Je gaat onderzoeken in welke voedingsmiddelen zetmeel zit.

Zetmeel is 'groot':  000000000

Als je zetmeel knipt (kleiner maakt ) dan ontstaat glucose: 

Dat gebeurt tijdens de vertering

00000000  wordt dan:             0     0      0      0     0     0     0     0 (= glucose)

Glucose (is dus heel klein)  = brandstof voor alle cellen

Glucose wordt opgenomen in het bloed en zo naar alle cellen gebracht.

Materiaal dat je gebruikt

Benodigdheden:

- Joodoplossing (Pasop voor je kleding!)

- Pipet

- Bordje of schaaltje en/of reageerbuisje

- Een aantal voedingsmiddelen waarvan je een hele kleine 

   hoeveelheid gebruikt. 

Let op: Jodium is licht geel bruin en geeft vlekken . Trek een witte jas aan.

1. Pak een stukje voedingsmiddel     

   (grootte van een paar rijst-korrels)

   en leg die op het schaaltje. 

2. Voeg aan het voedingsmiddel 

     2 druppels  van een 

      jodiumoplossing toe. 

     

3. Als je een nieuw voedingsmiddel

     gaat testen dan mag dat niet in2

      aanraking komen met een ander

       voedingsmiddel!

 5. Vloeibaar voedingsmiddel? 

     Druk iets in het reageerbuisje.

     Ongeveer 1,5 a 2 cm in het

     reageerbuisje. 

 

Als het donker blauw/paars kleurt:

 DAN zit er zetmeel in.

De methode, de werkwijze

Opruimen

In de afvalbak:

1. Het schaaltje met geteste voedingsmiddelen 
2. Papier dat je gebruikt hebt

De gebruikte reageerbuisjes laat je in het rekje staan

Haal bij de docent 3 schone reageerbuisjes en plaats die in het rekje

Gebruikte voedingsmiddelen/jodium terug in de verzamelbak

De lab-jas hang je over de stoel (dubbelgevouwen, deze raakt de grond niet) 

Neem het schema over in je schrift en vul in wat je waarneemt.

Schrijf over en vul de ontbrekende woorden in.

Dit noteer je in je NZ schrift , Je leert het voor de toets

1. De indicator voor zetmeel is .......................  De kleur van een jodiumoplossing is .....................

2. Als een jodiumoplossing in aanraking komt met een voedingsmiddel dat zetmeel bevat, 

     kleurt dat deel ............................

3. Voorbeelden van voedingsmiddelen die zetmeel bevatten zijn:  (Noem er zelf 3)

4. Zetmeel behoort tot de voedingsstof: ..................................... de belangrijkste functie is  ...............

5. Het verschil tussen zetmeel en glucose is: ...........................................

6. Je gebruikt een labjas omdat jodium ......... kan geven op je kleding

7.  Zetmeel  wordt omgezet in glucose. Dat wordt wordt opgenomen in het ...............

     Het wordt naar alle ......... vervoerd

MH   A) Welk organisme maakt glucose?    B: Wat hebben planten nodig om glucose te maken?