breuken vereenvoudigen en optellen

• Rekenen
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

breuken optellen en vereenvoudigen 

0

Breuken vereenvoudigen

Breuken bestaan uit...

1. Boven en onder
2. Teller en noemer
3. Naam en achternaam
4. Vier cijfers

8 mensen van de 25 die er voorbij lopen,
dragen handschoenen.

Welk deel van de voorbijgangers draagt handschoenen?

1. ​25​​8​​
2. ​25​​1​​
3. ​8​​8​​
4. ​8​​25​​

Hoeveel spelers in het team zitten, heeft niks te maken met de verhouding!

Ons elftal heeft elf spelers en vijf reservespelers.
Eén op de vier voetbalspelers is geblesseerd.
Welk deel van de voetballers is geblesseerd?

1. ​11​​5​​
2. ​4​​1​​
3. ​16​​4​​
4. ​16​​1​​

Hoeveel spelers in het team zitten, heeft niks te maken met de verhouding.
De verhouding is 1:4

2/6 en 4/6
Zijn gelijknamige breuken

1. waar
2. niet waar

Bij breuken optellen moet je de breuken gelijknamig maken

1. Waar
2. Niet waar

Breuken optellen

​3​​1​​+​3​​1​​=

1. 2/6
2. 1/9
3. 2/3
4. 1/6

Breuken...

1/5 + 2/5 =

1. 1/5
2. 4/5
3. 2/5
4. 3/5

Even noteren

Vraag een blaadje aan de docent.

Maak voor jezelf een poster waarin je (in eigen woorden) opschrijft:

1. Hoe ga ik te werk bij breuken vereenvoudigen

2. Hoe ga ik te werk bij breuken optellen (en van elkaar af halen)