Yuverta

VO - KlassenKabinet (voor Tweede kamerverkiezingen)

1 / 12
next
Slide 1: Video
mentorMens & Maatschappij+4Middelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-6

This lesson contains 12 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Introduction

Klassen Kabinet: Met deze les leg je in het kort uit waarom we stemmen en hoe de verkiezingen werken. Je bespreekt begrippen als democratie en oppositie. Ook gaan de leerlingen in de les aan de slag met hun politieke standpunten en vormen ze een partij met medeleerlingen. Wat vinden ze écht belangrijk? Wat zijn hun idealen? Welke naam krijgt hun partij? En wat is de slogan? Meer politiek in praktijk brengen? Houdt dan ook echte klas- of zelfs schoolverkiezingen! Vorm een coalitie en kabinet en laat de ministers van schoolzaken ook een aantal echte beslissingen nemen. Het kan zo groot als je wil ;)

Instructions

Bij deze les horen twee werkbladen. Doe je deze les op afstand? Stuur de leerlingen van te voren de werkbladen en zorg dat zij deze downloaden zodat ze digitaal invulbaar zijn.

  • Partijstandpunten werkblad
  • Vorm je partij! werkblad

Items in this lesson

Slide 1 - Video

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

Introductie
Met deze les leg je in het kort uit waarom we stemmen en hoe de verkiezingen werken.

Je bespreekt begrippen als democratie en oppositie. Ook gaan de leerlingen in de les aan de slag met hun politieke standpunten en vormen ze een partij met medeleerlingen.

Wat vinden ze écht belangrijk? Wat zijn hun idealen? Welke naam krijgt hun partij? En wat is de slogan?


Slide 3 - Slide

Stemmen, hoe zat dat ook alweer?
Iedere Nederlander boven de 18 jaar met kiesrecht krijgt een oproep om te stemmen. Je verliest dit recht alleen door hele zware misdaden te plegen (en als je dus letterlijk in de gevangenis zit).

In sommige landen zijn er andere regels voor kiesrecht, maar bijna overal ter wereld mogen alle volwassenen meestemmen.

Slide 4 - Slide

Wat heb je nodig om te stemmen?
Het enige dat je nodig hebt is je stempas en je ID-bewijs. Je ontvangt de stempas persoonlijk via de post.

Op de dag van de verkiezingen neem je deze samen met je ID-bewijs mee naar het stemlokaal in de buurt.

Slide 5 - Slide

Stemmen doe je alleen! 
Je bepaalt zelf op wie je stemt en hoeft dat aan niemand te vertellen. In het stemlokaal breng je je ‘stem’ uit in een afgesloten stemhokje. 

Vóór de verkiezingsdag krijg je met de post een kandidatenlijst. Hierop staan alle partijen en hun mensen waar je op kunt stemmen. Deze lijst lijkt exact op het stembiljet van het stembureau. Denk van tevoren dus goed na op wie je gaat stemmen. Niet alleen de partij, maar ook de persoon!

Kruis je voor de grap of per ongeluk teveel aan, dan is je stembiljet ‘ongeldig’ en telt hij niet mee.

Slide 6 - Slide

Hmmmm… Tweede Kamerverkiezingen. Hoe zit dat ook alweer?

Tweede Kamer
De bekendste verkiezingen zijn de Tweede Kamerverkiezingen. Deze krijgen ook de meeste aandacht in de media. Het gaat hierbij om het kiezen van de 150 leden van de Tweede Kamer. Het volk kiest! Dit gebeurt om de vier jaar. Maar… ontstaat er ruzie binnen het kabinet of maken ze een grote beslissingsfout, dan kan het zomaar zijn dat het kabinet moet opstappen (dit noem je ‘het kabinet valt’.)
Als dat gebeurt, dan is het eerder tijd voor verkiezingen.


Slide 7 - Slide

Coalitie
De partij die na de verkiezingen de meeste stemmen heeft, mag als eerste de partijen uitkiezen met wie zij wil en kan samenwerken. Samen vormen zij een coalitie. Een coalitie bestaat uit een meerderheid van de 150 Kamerleden (76 zetels of meer). 

Is de coalitie gevormd, dan stellen zij een kabinet samen. Een kabinet bestaat uit de minister-president en ministers met verschillende taken. Zij nemen beslissingen over Nederland.
De grootste partij levert ook de minister-president aan (ook wel premier genoemd).  
Hij is de voorzitter en het ‘gezicht’ van alle ministers. Hij is niet belangrijker dan de rest maar vertegenwoordigt het gehele kabinet vaak bij belangrijke gebeurtenissen. Hij heeft een sturende rol; een soort kapitein van het (minster)schip.

Slide 8 - Slide

Oppositie
De overige leden van de Tweede Kamer, zijn net zo belangrijk. Zij ‘voeren oppositie’. Een oppositie bestaat dus uit alle partijen die niet regeren; zij doen niet mee met de *regering. Wat ze dan wel doen? Ze stellen kritische vragen over de plannen van de ministers, zodat er geen grote fouten worden gemaakt. Soms lijkt dit meer op geruzie, maar goed kritisch zijn op elkaar helpt om goede wetten te maken!

Uiteindelijk moet de meerderheid van alle Kamerleden alle wetsvoorstellen goedkeuren die het kabinet bedenkt.

* Regering: de koning en alle ministers

Slide 9 - Slide

Tegenwoordig zeggen mensen vaak “Wat maakt het nou uit, mijn stem heeft toch geen zin!”. Dat klopt niet helemaal. Elke stem geeft een partij meer macht in de gemeente, provincie, Eerste en/of Tweede Kamer.
Eén stem van een Kamerlid kan al genoeg zijn om een wet juist wel of niet door te laten gaan. In een democratie* blijft het zo dat ‘de meeste stemmen gelden’. Dus hoe meer leden van een partij in de gemeenteraad, het provinciebestuur of de Eerste of Tweede kamer zitten, hoe meer invloed die partij heeft. Alle verkiezingen zijn dus belangrijk en iedere stem telt mee. Altijd stemmen dus!

*Democratie is een manier waarop je een land kunt besturen. In een democratie heeft het volk het voor het zeggen. Het volk kiest wie hun ‘stemmen’ vertegenwoordigen. En al deze partijen moeten dus samenwerken om het beste voor alle Nederlanders te regelen!

Slide 10 - Slide

In de verkiezingstijd beloven partijen veel om stemmen te winnen. Het is voor het volk natuurlijk belangrijk dat de partijen deze beloftes ook echt nakomen. Dat is soms lastig, vooral als je als partij (om een meerderheid te krijgen) samen moet gaan werken met een partij die heel andere dingen belooft.

Samen moeten de partijen er zo goed mogelijk uitkomen, voordat ze kunnen gaan regeren. Na de verkiezingen kost het altijd veel tijd om goede afspraken met elkaar te maken.

Slide 11 - Video

Bekijk het filmpje van ProDemos: https://www.youtube.com/watch?time_continue=82&v=AtE8u3comGQ&feature=emb_logo

De grootste groep ‘niet-stemmers’ zijn nog altijd de jongeren van 18 t/m 25 jaar. Dat is jammer, want jongeren hebben juist een belangrijke visie op en rol in de toekomst.

Het is júllie toekomst!
Dus… als je 18 bent… LAAT je stem horen!

Slide 12 - Slide

Lege slide