Yuverta

Grammatica H4 LJ2 les 1

Grammatica hoofdstuk 4
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 35 min

Items in this lesson

Grammatica hoofdstuk 4

Slide 1 - Slide

Deze les
- Wie huiswerk niet af?

- Herhalen woordsoorten
- Maken opdrachten

Slide 2 - Slide

Wie huiswerk niet af?
Huiswerk was:

Maken Test jezelf van 3.4 Grammatica en 3.5 Spelling

Slide 3 - Slide

Geef 2 voorbeelden
van lidwoorden

Slide 4 - Mind map

Uitleg
woordsoort
uitleg
voorbeelden
lidwoord
kan je vóór een zelfstandig naamwoord zetten
de, het, een

Slide 5 - Slide

Geef 2 voorbeelden
van zelfstandig
naamwoorden

Slide 6 - Mind map

Uitleg
woordsoort
uitleg
voorbeelden
lidwoord
kan je vóór een zelfstandig naamwoord zetten
de, het, een
Zelfstandig naamwoord
Mensen, dieren, planten, dingen. Ook namen van mensen en landen horen hierbij.
Utrecht, tafel, tulp, oma. hond

Slide 7 - Slide

Geef 2 voorbeelden
van bijvoeglijk
naamwoorden

Slide 8 - Mind map

Uitleg
woordsoort
uitleg
voorbeelden
lidwoord
kan je vóór een zelfstandig naamwoord zetten
de, het, een
Zelfstandig naamwoord
Mensen, dieren, planten, dingen. Ook namen van mensen en landen horen hierbij.
Utrecht, tafel, tulp, oma. hond
Bijvoeglijk naamwoord
Zegt iets over het zelfstandig naamwoord
mooi, groot, blauw

Slide 9 - Slide

Geef 2 voorbeelden
van werkwoorden

Slide 10 - Mind map

Uitleg
woordsoort
uitleg
voorbeelden
lidwoord
kan je vóór een zelfstandig naamwoord zetten
de, het, een
Zelfstandig naamwoord
Mensen, dieren, planten, dingen. Ook namen van mensen en landen horen hierbij.
Utrecht, tafel, tulp, oma. hond
Bijvoeglijk naamwoord
Zegt iets over het zelfstandig naamwoord
mooi, groot, blauw
werkwoord
Dingen die je kan doen
Je kan een ik - jij - wij rijtje maken
lopen, fietsen, maken

Slide 11 - Slide

Geef 2 voorbeelden
van voorzetsels

Slide 12 - Mind map

Uitleg
woordsoort
uitleg
voorbeelden
lidwoord
kan je vóór een zelfstandig naamwoord zetten
de, het, een
Zelfstandig naamwoord
Mensen, dieren, planten, dingen. Ook namen van mensen en landen horen hierbij.
Utrecht, tafel, tulp, oma. hond
Bijvoeglijk naamwoord
Zegt iets over het zelfstandig naamwoord
mooi, groot, blauw
werkwoord
dingen die je kan doen
Je kan een ik - jij - wij rijtje maken
lopen, fietsen, maken
Voorzetsel
Geven een tijd of plaats aan. Dit zijn de kast- en feest-woorden
op, achter, boven, in, tijdens

Slide 13 - Slide

Maken opdrachten
Huiswerk voor de volgende les:

Maken opdracht 1 t/m 3 van 4.4 Grammatica
Dit is dus hoofdstuk 4

Slide 14 - Slide