Yuverta

Module 3. ontv verw goederen H 5 Tijdelijke artikelpresentaties

RETAIL THEORIE
Module 3 Presentatieplan
Boek: Ontvangt en verwerkt goederen 
Hoofdstuk: 5 Tijdelijke artikelpresentaties
Doel: Controleert en vult de artikelpresentatie aan (B1-K1-W4)
Bouwt artikelpresentaties op (B1-K1-W5)
1 / 57
next
Slide 1: Slide
RetailMBOStudiejaar 1

This lesson contains 57 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

RETAIL THEORIE
Module 3 Presentatieplan
Boek: Ontvangt en verwerkt goederen 
Hoofdstuk: 5 Tijdelijke artikelpresentaties
Doel: Controleert en vult de artikelpresentatie aan (B1-K1-W4)
Bouwt artikelpresentaties op (B1-K1-W5)

Slide 1 - Slide

SCHOOLOPDRACHT 20
Schoolopdracht 20 Wie hoort bij wie. 
Een activerende opdracht om de voorkennis op te halen. 
We gaan in groepjes aan de slag. 
timer
1:00:00

Slide 2 - Slide

5.1 PRESENTATIEPLAN
  • pagina 138
  • Theorie bespreken
  • Opdrachten maken we aan het einde van 5.2
  • Doelen aan het einde van deze paragraaf:
    - weet je wat een presentatieplan is 
    - weet je wat voor onderdelen het presentatieplan heeft

Slide 3 - Slide

PRESENTATIEPLAN
Presentatieplan = beschrijft hoe de winkel er als geheel moet uit zien.

Onderdelen van het presentatieplan:
  • Frontpresentatieplan (en etalageplan)
  • Schappenplan (kennen we van hoofdstuk 4)
  • Displayplan
  • Actieplan

Info uit presentatieplan nodig voor plannen tijdelijke presentaties. 

Slide 4 - Slide

5.2 FRONTPRESENTATIEPLAN
  • pagina 139 - 142
  • Voorkennis ophalen
  • Theorie bespreken
  • Opdrachten maken (ook van 5.1)
  • Doelen aan het einde van deze paragraaf:
    - kun je voorbeelden noemen van frontpresentaties 
    - weet je wat het doel van een etalage is 
    - kun je allerlei etalage vormen benoemen en herkennen

Slide 5 - Slide

timer
1:00
Waarom is een buitenpresentatie belangrijk voor een bedrijf?

Slide 6 - Mind map

timer
1:00
Wat is het doel van de etalage?

Slide 7 - Mind map

FRONTPRESENTATIEPLAN
VB:
  • Presentatie bij ingang of achter de (glazen) pui
  • Buitenpresentatie
  • Presentatie in de etalage

Slide 8 - Slide

DOEL ETALAGE
  • Klanten binnen trekken 
    - door attentiewaarde (als mensen er naar kijken en hij opvalt)
    - door stopkracht  (als mensen stoppen om er naar te kijken)

Slide 9 - Slide

ETALAGEVORMEN
  • Gesloten etalage
    Dicht aan achterkant, niet via winkel naar buiten kijken
  • Halfgesloten etalage
    afgeschut door gordijn/siermateriaal. Etalage wel makkelijk te bereiken vanuit binnen.
  • Open etalage
    zicht op hele verkoopruimte 

Slide 10 - Slide

ETALAGE VARIANTEN
  • Frontetalage
    Alleen de voorkant van de etalage zien. De hele etalage zien als je over straat loopt.
  • Hoek etalage
    2 ramen. Komen samen op een hoek.
  • Portiek etalage
    Etalage zit in de portiek van de winkel. Je kunt er in lopen. 
  • Eilandetalage 
    Inkijk van 4 kanten. Je kunt eromheen lopen. (zie je niet veel)

Slide 11 - Slide

EVEN KORT EEN QUIZJE
Om alle begrippen wat duidelijker te maken voor onszelf. Even kort een quiz. Pak je telefoon in de aanslag ennnnn

SUCCES!

Slide 12 - Slide

Zoek een afbeelding van een gesloten etalage.
timer
1:30

Slide 13 - Open question

Een halfopen etalage is ...
timer
1:00
A
een etalage variant
B
een etalage plan
C
een displayplan
D
een etalage vorm

Slide 14 - Quiz

In mijn winkel heb ik een open etalage maar het is wel een hoek etalage.
Welke is de etalage vorm?
timer
1:00
A
Hoek etalage
B
Open etalage

Slide 15 - Quiz

Zoek een afbeelding van een halfgesloten etalage
timer
1:30

Slide 16 - Open question

Kies de etalage variant (2 antwoorden)
timer
1:00
A
Open etalage
B
Half open etalage
C
Portiek etalage
D
Eiland etalage

Slide 17 - Quiz

Een eiland etalage neemt veel plaats in beslag.
timer
1:00
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quiz

Zoek een afbeelding van een open etalage.
timer
1:30

Slide 19 - Open question

Een portiek etalage zie je bijna bij alle winkels. (van de 10 winkels hebben 9 winkels een portiek etalage)
timer
1:00
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quiz

VARIANT
VORM
Front etalage
Gesloten etalage
Hoek etalage
Half gesloten etalage
Open etalage
Portiek etalage
eiland etalage

Slide 21 - Drag question

OPDRACHT
  • Lees 5.1 en 5.2 (p 138 - 142) voor jezelf door, onderstreep dat wat je belangrijk vindt. 

  • Maak vraag 1 - 4  (p. 150).

  • Zoek 1 begrip op dat je geleerd hebt in deze paragraaf. (volgende dia komt deze vraag ;) )

Slide 22 - Slide

Noteer het begrip dat je opgezocht hebt.
timer
1:00

Slide 23 - Open question

Noem 1 ding dat je geleerd hebt van deze les.
timer
3:00

Slide 24 - Open question

5.3 DISPLAYPLAN
  • pagina 142 - 145
  • Voorkennis ophalen
  • Theorie bespreken
  • Doelen aan het einde van deze paragraaf:
    - weet je wat een display is
    - weet je wat er in een displayplan staat
    - weet je welke vormen/soorten displays er zijn

Slide 25 - Slide

DISPLAY
Display = meubel om artikelen in/op te presenteren die je tijdelijk meer wilt laten opvallen.
 
To display = Engels voor weergeven, tonen, tentoonstellen.


Slide 26 - Slide

SOORTEN DISPLAYS
  • Actiedisplay
    Actieartikelen/aanbieding/ product gratis bij aankoop product x. 
  • Massadisplay
    Lage prijs die tijdelijk attentiewaarde nodig hebben.
  • Themadisplay
    Stijl in bepaald thema, kleur vormen symbolen die bij thema passen. 
  • Sfeerdisplay/classdisplay
    thema, doelgroep of merk, bepaalde beleving, chique of exclusieve uitstraling. 

Slide 27 - Slide

Een actiedisplay en een massadisplay lijkt vaak veel op elkaar. 

Verschil: massa display hoeft niet gevuld te zijn met artikelen die in de actie zijn. 

Actie kan zijn, prijs, 1+1 gratis, gratis cadeautje erbij etc. 
Een actiedisplay en een massadisplay lijkt vaak veel op elkaar.
Verschil: massa display hoeft niet gevuld te zijn met artikelen die in de actie zijn.
Actie kan zijn, prijs, 1+1 gratis, gratis cadeautje erbij etc. 

Slide 28 - Slide

DISPLAY VORMEN
  • Eilanddisplay (los van alle stellingen en presentatiemeubels) 
  • Kassadisplay (staat bij kassa)
  • Kop- of einddisplay (einde van (lange) gang, speciale aanbieding/acties)
  • Schapdisplay (zit op het schap)
  • Toonbankdisplay (staat op toonbank)
  • Vloerdisplay (op grond vb een stortmand)
  • Wanddisplay (staat tegen muur)
  • Presentatietafel (wordt meestal voor sfeerdisplay gebruikt)

Slide 29 - Slide

OPDRACHT
Bij deze paragraaf zijn geen vragen. We gaan even zoeken naar wat afbeeldingen van displays. (volgende dia's)

Slide 30 - Slide

Zoek een afbeelding van een thema display
timer
1:30

Slide 31 - Open question

Zoek een afbeelding van een vloerdisplay (bv stortmand)
timer
1:30

Slide 32 - Open question

Zoek een afbeelding van een kassadisplay
timer
1:30

Slide 33 - Open question

Zoek een afbeelding van een massadisplay
timer
1:30

Slide 34 - Open question

Noteer het begrip dat je opgezocht hebt.
timer
1:00

Slide 35 - Open question

Noem 1 ding dat je geleerd hebt van deze les.
timer
3:00

Slide 36 - Open question

5.4 ACTIEPLAN
  • pagina 145
  • Theorie bespreken
  • Opdracht maken we aan het einde van paragraaf 5.5
  • Doelen aan het einde van deze paragraaf:
    - weet je wat een actieplan is
    - weet je wat er beschreven staat in een actieplan 

Slide 37 - Slide

ACTIEPLAN
In displayplan vaak een actieplan opgenomen.
Actieplan = verschillende promotieactiviteiten (folders, acties etc). Samenhangend plan dat verkoop moet stimuleren.

Per promotionele actie (promo van product) staat:
  • welke artikelen het gaat
  • welke bijproducten erbij horen
  • wat, wanneer en hoe besteld moet worden
  • waar en hoe de displays opgebouwd moeten worden
  • welke manier media (folders, socials etc)

Slide 38 - Slide

5.5 PRESENTATIETECHNIEKEN
  • pagina 146 - 147
  • Voorkennis ophalen
  • Theorie bespreken
  • Opdrachten maken we na 5.6 (ook van 5.4)
  • Doelen aan het einde van deze paragraaf:
    - weet je welke presentatietechnieken er zijn

Slide 39 - Slide

timer
1:00
Welke presentatietechnieken ken je (nog)?

Slide 40 - Mind map

PRESENTATIETECHNIEKEN
  • Stapel of blok
  • Piramide
  • Rijen
  • Driehoek
  • Dynamische vorm 

Slide 41 - Slide

STAPEL OF BLOK
Grote stapel of blok van dezelfde artikelen.
Levert veel attentiewaarde
Is niet moeilijk
Let op: moet stevig zijn!!

Slide 42 - Slide

PIRAMIDEVORM
Zelfde opvallende effect als stapel/blok presentatie.
Schikt voor artikelen die lastiger zijn te stapelen
Extra attentiewaarde
Aantal piramides bij elkaar dominante indruk.

Slide 43 - Slide

RIJEN
Rijen presentatie = in formatie presentatie 
Verschillende artikelen naast elkaar in rijen.

Slide 44 - Slide

DRIEHOEK
Sfeervolle presentaties
Diverse driehoekvormen maken. 

Slide 45 - Slide

DYNAMISCHE VORM
Plaatst artikelen in ruimte waarbij je bv echte situatie nabootst.
Eyecatcher in presentatie gebruiken


Slide 46 - Slide

Als je de doelen terugkijkt.
Noem 1 ding dat je geleerd hebt van deze les.
timer
3:00

Slide 47 - Open question

5.6 AIDA
  • pagina 148
  • Voorkennis ophalen
  • Theorie bespreken
  • Opdrachten maken (ook van 5.4 en 5.5)
  • Schoolopdracht 22 Vast of tijdelijk?
  • Doelen aan het einde van deze paragraaf:
    - Weet je waar de afkorting AIDA voor staat
    - weet je wat AIDA in een artikelpresentatie doet
    - Weet je wat AIDA in een frontpresentatie doet

Slide 48 - Slide

timer
1:00
Waar staat de afkorting AIDA voor?

Slide 49 - Mind map

AIDA
Attention (aandacht trekken van klant
Interest (interesse wekken)
Desire (kooplust opwekken)
Action (tot koop overgaan)

Slide 50 - Slide

AIDA IN ARTIKELPRESENTATIE
  • Attention
    artikelenpresentatie trekt aandacht klant
  • Interest 
    klant is geïnteresseerd en kijkt bij presentatie
  • Desire 
    klant wilt het artikel kopen
  • Action
    door artikelpresentatie besluit klant artikel te kopen

Slide 51 - Slide

AIDA IN FRONTPRESENTATIE
  • Attention
    Etalage zo veel aantrekkingskracht klant kijkt (etalage heeft stopkracht)
  • Interest
    Klant bekijkt artikelen in etalage
  • Desire 
    klant komt binnen om artikelen beter te bekijken
  • Action
    klant koopt artikel (of ander artikel in winkel) etalage heeft gewenst effect bereikt 

Slide 52 - Slide

OPDRACHT
  • Lees 5.3, 5.4, 5.5 en 5.6 (p 142 -148) voor jezelf door, onderstreep dat wat je belangrijk vindt. 

  • Maak vraag 5 - 14 (p. 150 -  152).

  • Zoek 1 begrip op dat je geleerd hebt in deze paragraaf. (volgende dia komt deze vraag ;) )

Slide 53 - Slide

Noteer het begrip dat je opgezocht hebt.
timer
1:00

Slide 54 - Open question

Slide 55 - Video

SCHOOLOPDRACHT 22
Schoolopdracht 22 Vast of tijdelijk? Vergelijken van winkelpresentaties

Werk in tweetallen.
Zoek online hoe winkels hun artikelen presenteren.
timer
1:00:00

Slide 56 - Slide

Als je de doelen terugkijkt.
Noem 1 ding dat je geleerd hebt van deze les.
timer
3:00

Slide 57 - Open question