Yuverta

woordenschat H1,2,3 klas 3

3 manieren om de betekenis van een onbekend woord te vinden in een tekst zijn:
A
zoeken naar synoniem, voorzetsel, 't kofschip
B
zoeken naar voorbeeld, uitleg, tegenstelling
C
zoeken naar tegenstelling, opsomming, inleiding
1 / 11
next
Slide 1: Quiz
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 10 min

Items in this lesson

3 manieren om de betekenis van een onbekend woord te vinden in een tekst zijn:
A
zoeken naar synoniem, voorzetsel, 't kofschip
B
zoeken naar voorbeeld, uitleg, tegenstelling
C
zoeken naar tegenstelling, opsomming, inleiding

Slide 1 - Quiz

Als je in de tekst naar een voorbeeld zoekt, let je op de signaalwoorden:
A
maar, echter, toch
B
hoewel, daarentegen, mits
C
ook, bovendien, daarbij
D
zoals, bijvoorbeeld

Slide 2 - Quiz

'Onze auto kon niet verder vanwege een obstakel op de weg.' Noem een voorbeeld van een obstakel:

Slide 3 - Open question

Verander 'signaleren' zodat het in de zin past. 'De hoornaar, een monsterwesp, wordt steeds vaker .....in Noord-Europa.'

Slide 4 - Open question

'zich vestigen' betekent:
A
iets vastmaken
B
gaan zitten
C
ergens gaan leven
D
zich bedenken

Slide 5 - Quiz

'Buiten de boot vallen' betekent:

Slide 6 - Open question

Wat is een synoniem van 'mening'?
A
opvatting
B
stelling
C
iets dat je vindt
D
argument

Slide 7 - Quiz

Verander 'afwijkt' zodat het in de zin past: 'Je mag niet .... van de spelregels.

Slide 8 - Open question

Volhouden dat je gelijk hebt: op je ..... staan
A
plaats
B
mening
C
strepen

Slide 9 - Quiz

Welk gezegde past bij: alles doen om iets te laten lukken:
A
handen uit de mouwen steken
B
alle zeilen bijzetten
C
water naar de zee dragen
D
op alle slakken zout leggen

Slide 10 - Quiz

'De schoolleiding zet de docenten in het zonnetje.' Leg uit wat de schoolleiding doet:

Slide 11 - Open question