What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
Yuverta
‹
Return to search
Moeilijke woorden thema 3 Natuur
Moeilijke woorden thema 3 Natuur
1 / 16
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
ISK
This lesson contains
16 slides
, with
interactive quizzes
and
text slide
.
Lesson duration is:
15 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Moeilijke woorden thema 3 Natuur
Slide 1 - Slide
Vegetarisch
A
Eten waar geen vlees of vis in zit.
B
Op een natuurlijke manier gemaakt of gegroeid.
Slide 2 - Quiz
Zich voortplanten
A
Opnieuw gebruiken.
B
Kinderen of jongen krijgen.
Slide 3 - Quiz
Recyclen
A
Opnieuw gebruiken.
B
Het soort weer dat bij een land of gebied hoort.
Slide 4 - Quiz
Regenwoud
A
Een grote zee tussen twee delen van een wereld.
B
Een groot bos in een warm gebied waar het veel regent.
Slide 5 - Quiz
Uitsterven
A
Het ophouden te bestaan van een plant of dier.
B
Alles om ons heen wat niet door mensen is gemaakt (planten, bomen, dieren).
Slide 6 - Quiz
Het seizoen
A
Het soort weer dat bij een land of gebied hoort.
B
Één van de vier delen van het jaar: zomer, herfst, winter, lente.
Slide 7 - Quiz
Het landschap
A
Het soort weer dat bij een land of gebied hoort.
B
Hoe een stuk land eruit ziet.
Slide 8 - Quiz
Het klimaat
A
Het soort weer dat bij een land of gebied hoort.
B
Alle grond, lucht en water om ons heen.
Slide 9 - Quiz
Het milieu
A
Alles om ons heen wat niet door mensen is gemaakt (planten, bomen, dieren).
B
Alle grond, lucht en water om ons heen.
Slide 10 - Quiz
De weersverwachting
A
Het soort weer dat bij een land of gebied hoort.
B
De voorspelling van hoe het weer zal zijn.
Slide 11 - Quiz
De natuur
A
Het soort weer dat bij een land of gebied hoort.
B
Alles om ons heen wat niet door mensen is gemaakt (planten, bomen, dieren).
Slide 12 - Quiz
De vervuiling
A
Het vies worden.
B
Het apart inzamelen van afval, zoals papier en glas.
Slide 13 - Quiz
Biologisch
A
Op een natuurlijke manier gemaakt of gegroeid.
B
Alles om ons heen wat niet door mensen is gemaakt (planten, bomen, dieren).
Slide 14 - Quiz
Afvalscheiding
A
Opnieuw gebruiken.
B
Het apart inzamelen van afval, zoals papier en glas.
Slide 15 - Quiz
De oceaan
A
Het soort weer dat bij een land of gebied hoort.
B
Een grote zee tussen 2 delen van de wereld.
Slide 16 - Quiz