MM 1G - 3.4 Omgaan... + Hh 3.2 (les 2)

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Welkom

Mens en Maatschappij

Hoofdstuk 3 Samen leven

Start

Lesdoel 

• Je werkt aan de opdrachten van 3.4.
• We herhalen de stof van 3.2.
  

Hoofdstuk 3 Samen leven

3.4 Omgaan met verschillen

Leerdoel

• Je kent de verschillen in een multiculturele samenleving.
• Je weet hoe wij hiermee kunnen omgaan.

Uitleg

• Cultuur gaat over wat mensen geloven (geloof), vinden (meningen, waarden, normen), doen (gewoonten) en maken (kunst, entertainment).
• In een cultuur zijn symbolen, helden (rolmodellen) en rituelen belangrijk.

Hoofdstuk 3 Samen leven

3.4 Omgaan met verschillen

Leerdoel

• Je kent de verschillen in een multiculturele samenleving.
• Je weet hoe wij hiermee kunnen omgaan.

Uitleg

• Symbolen = woorden (gezelligheid), tekens (vlag) en voorwerpen (molen) met een speciale betekenis.
  
• Helden = personen die als voorbeeld worden gezien (koning Willem-Alexander).
  
• Rituelen = handelingen (dodenherdenking).

Hoofdstuk 3 Samen leven

3.4 Omgaan met verschillen

Leerdoel

• Je kent de verschillen in een multiculturele samenleving.
• Je weet hoe wij hiermee kunnen omgaan.

Opdracht

• Start de online omgeving van Plein M.
  
• Luister naar de uitleg over de online omgeving.
  
• Ga naar cursus 3.4.
  
• Ga naar het eerste onderdeel: 3.4 Leerstof + opdrachten.
  
• Lees en maak opdracht 1-8.

Hoofdstuk 3 Samen leven

Herhaling 3.2 De Romeinse samenleving

Leerdoel

• Je kent de belangrijkste kenmerken van het Romeinse rijk.
  
• Je weet waar de limes (grens) van het Romeinse rijk liep.
• Je kent de Romeinse cultuur en godsdienst.

Welke hoort er niet bij?

1. Germanen
2. Friezen
3. Bataven
4. Galliërs

Wat hoort bij elkaar?

grens

onderdanen

tempel

Bataven

limes

Germanen

keizer

goden

Wat waren de twee functies van deze mijlpalen?

1. om beelden op te plaatsen en de weg te wijzen
2. om de vijanden te bespotten en de afstanden aan te geven
3. om de macht van de keizer te tonen en de afstanden aan te geven
4. om de macht van de keizer te tonen en de vijanden te bespotten

Wat weet jij over de Romeinse godsdienst?

1. De Romeinen geloofden in één God.
2. De Romeinen geloofden in twee goden.
3. De Romeinen geloofden in een god en een godin.
4. De Romeinen geloofden in veel goden.

Welk begrip hoort hierbij?

Het overnemen van de Romeinse cultuur.

1. romanisme
2. romering
3. romanisering
4. romanisatie

Waarom leken de Romeinen erg tolerant in hun godsdienstvrijheid maar waren ze het eigenlijk niet?

Wanneer was de tijd van Grieken en Romeinen

1. van 3000 vC tot 500 vC
2. van 3000 vC tot 500 nC
3. van 500 vC tot 3000 nC
4. van 500 nC tot 3000 nC

Wat is een andere benaming voor de tijd van Grieken en Romeinen?

Hoofdstuk 3 Samen leven

Afsluiting

Lesdoel 

• Je werkt aan de opdrachten van 3.4.
• We herhalen de stof van 3.2.