Yuverta

All Right Y1 - Chapter 5.5 BK (GRAMMAR)

Paragraaf 5.5 - Writing
Doelen van vandaag: 
Wij begrijpen wanneer wij aan moeten geven wanneer iets nog moet gebeuren (will)

Wij begrijpen wanneer wij aan moeten geven wanneer iets niet gaat gebeuren (won't)

1 / 13
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Paragraaf 5.5 - Writing
Doelen van vandaag: 
Wij begrijpen wanneer wij aan moeten geven wanneer iets nog moet gebeuren (will)

Wij begrijpen wanneer wij aan moeten geven wanneer iets niet gaat gebeuren (won't)

Slide 1 - Slide

Toekomst (will or won't)
Will: Gebruiken wij als wij de willen aangeven dat             iets nog gaat gebeuren.

Example: I will go to school tomorrow.

Slide 2 - Slide

Toekomst (will or won't)
Won't: Gebruiken wij als wij de willen aangeven dat             iets niet gaat gebeuren.

Example: I won't go to school tomorrow.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Opbouw toekomst!
Persoonlijk voornaamwoord + will / won't + hele werkwoord.

I  will go   home next week.

Slide 5 - Slide

Toekomst?
Als je de toekomstvorm van will/won't als vraag wilt gebruiken, draai je het persoonlijk voornaamwoord en de correcte toekomstvorm van will/won't om.

Example:
I will go to school tomorrow.
Will I go to school tomorrow?

Slide 6 - Slide

Yes, you ____ get a new dress tomorrow.
A
will
B
won't

Slide 7 - Quiz

No, I _____ go to the 4 o'clock meeting.
A
will
B
won't

Slide 8 - Quiz

We .......... to the cinema.
A
won't goes
B
won't go
C
won't going

Slide 9 - Quiz

You ........... on the black board.
A
will write
B
will writes
C
will writing

Slide 10 - Quiz

Han Solo.......... the bad guy.
A
will shoot
B
will shooting
C
will shoots

Slide 11 - Quiz

You .......... the laser gun.
A
won't using
B
won't uses
C
won't use

Slide 12 - Quiz

Huiswerk. ( TOETS H5 MAANDAG 7 JUNI)
Maken: Opdracht 5 tot en met 13

Leren:
Woordenlijst 5.2, 5.3, 5.4 en 5.5 op pagina 188 tot en met 193.
Much/many/ a lot off op pagina 188-189
Vergelijkingen op pagina 189
Present Simple/Present Continuous op pagina 192-193
Toekomst will/won't op pagina 193
Expressions op pagina 190 en 193.

Slide 13 - Slide