Afronding h2

• Nederlands
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 2

As-salaamoe aleikoem 2MH,

Pak een leesboek uit de kast.

Stop je telefoon in de telefoonzak.

Ga stil op je (vaste) plek zitten.

Haal je lesmateriaal uit je tas en leg deze op je tafel.

Geen jassen in het lokaal en tas van tafel.

Luister aandachtig naar jouw docent.

Recitatie

Hadith van de week

Absentie

De boodschapper (vzmh) van Allah zei: “Jullie zijn allemaal kinderen van Adam en Adam is uit aarde geschapen”.(Abu Dawud)

''Ja, mevrouw.''

Leesmoment

Bladzijde 19 tot en met 23.

Gezamenlijk of zelfstandig? De klas kiest. 

Meeste stemmen gelden.

Wat gebeurt er in het verhaal? Maak voor jezelf een korte samenvatting.

Welke personages kwamen voor in dit deel van het verhaal? 

Hebben deze personages iets belangrijks gezegd of gedaan?

Zijn er delen van het verhaal die je niet goed begrijpt en vragen over hebt? 

Welke delen zijn dit?

Denk je dat de gebeurtenissen in dit deel logisch en realistisch zijn? Waarom?

Leesmoment 

Pak je leesboek erbij! We gaan nu een moment stillezen

Huiswerk- en materiaalcheck

Neem je lesboek, twee schriften, en pen voor je.

Open je schrift, zodat ik jouw huiswerk kan bekijken.

Niet geopend = niet gemaakt.

1. Opvatting= wat iemand ergens van vindt vb. Wat is de opvatting van deze schrijver over het leesgedrag van jongeren?

2. Ondervinden= het op een bepaalde manier voelen vb. Je weet niet wat het is, totdat je het hebt ondervonden.

3. Vastleggen= blijvend zichtbaar maken op een beeld- of geluiddrager vb. De diploma-uitreiking is vastgelegd op een film.

OF = ergens aan vastmaken vb. Hij heeft zijn zeilboot vastgelegd.

4. Tolerantie= de bereidheid om van anderen ook minder leuke dingen te verdragen vb. Er is in Denemarken weinig tolerantie als het gaat om anderstaligen.

5. Polarisatie= Het ontstaan of groter worden van tegenstellingen in een groep vb. In ons land is er sprake van polarisatie tussen de oude en jonge generatie.

Woorden van week 48

Lesdoel(en)

Aan het eind van de les kun je:

• Leesstrategieën toepassen (verkennend, intensief, zoekend, studerend).

• Gericht informatie zoeken en selecteren.

• Hoofd- en bijfiguren onderscheiden en flat/round characters herkennen.

• Reflecteren op de bruikbaarheid van een tekst als bron.

Activeren voorkennis

Instructie

Lees de tekst aandachtig:

Gebruik de leesstrategieën: verkennend, intensief, zoekend en studerend lezen.

Noteer belangrijke details en antwoorden in je eigen woorden.

Beantwoord de vragen:

De opdracht bestaat uit vier delen:

a. Leesstrategieën

b. Informatie zoeken

c. Hoofd- en bijfiguren, flat en round characters

d. Hyperlinks en reflectie

Vul het antwoordblad volledig in.

Gebruik de tekst slim:

Zoek gericht naar antwoorden (zoekwoorden of zinnen in de tekst).

Werk netjes en nauwkeurig.

Aan het werk

Wat moet ik doen?

Je maakt de opdrachten

Hoeveel tijd heb ik?

60 minuten

Wat als ik klaar ben?

Leren: 2.1, 2.2, 2.3 en 2.4

Wat als ik een vraag heb?

Steek je je vinger op!

Huiswerk

Afsluiting & opbergen van lesmateriaal

Recitatie

Leren: 2.1, 2.2, 2.3 en 2.4.

Terugblik op de les en het lesdoel

Aan het eind van de les kun je:

• Leesstrategieën toepassen (verkennend, intensief, zoekend, studerend).

• Gericht informatie zoeken en selecteren.

• Hoofd- en bijfiguren onderscheiden en flat/round characters herkennen.

• Reflecteren op de bruikbaarheid van een tekst als bron.