klas 2 - Sprachstadt-2

Klas 2 - Sprachstadt
1 / 24
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Klas 2 - Sprachstadt

Slide 1 - Slide

Lernziele: Am Ende dieser Lektion...
- Kannst du mindestens 5 Wörter Phonetisch ausschreiben und die richtige Aussprache für diese Wörter benutzen.

- Kannst du erzählen was jeder mitbringt fürs Thema: Auf dem Campingplatz, auf den 13. Juni

Slide 2 - Slide

Heute auf dem Programm
1. Hausaufgaben aufschreiben + Kurze Check 
2. Aufgabe 9. AUSSPRACHE ÜBUNG:  
3. Aufgabe 10. WORTSCHATZ ÜBUNG: 
4. Aufgabe 11. AUSSPRACHE ÜBUNG  
5. Aufgabe 12. 🏕️ Maak van het lokaal een echte Duitse camping! 
6. Lernzielcheck


Slide 3 - Slide

Hausaufgaben
Leer elke dag 15 minuten de zinnen van Auf dem Campingplatz van Nederlands naar Duits  achterin je projectboekje (en ook op Studygo https://studygo.com/nl/learn/groups/303123/join?key=e71e2e0) → formatief testje
Maken: de oefeningen op blz 14 t/m 21 in je projectboekje

Slide 4 - Slide

De speeltuin
Het winkeltje
Het zwembad
Der Supermarkt
Der Spielplatz
Das Schwimmbad

Slide 5 - Drag question

Vertaal: Hallo! Ik ben nieuw hier. Weet jij waar het zwembad is?

Slide 6 - Open question

Vertaal: Ik blijf hier twee weken. Hoe lang blijf jij?

Slide 7 - Open question

Vertaal: Ik ben hier met mijn ouders. Met wie ben jij hier?

Slide 8 - Open question

Vertaal: Zullen we om ... afspreken?

Slide 9 - Open question

Aufgabe 9. AUSSPRACHE ÜBUNG:  

A. Schrijf de woorden (S.16/17)  in het plaatje fonetisch (dus hoe je het uitspreekt) uit. Gebruik de uitleg onderaan.  

Slide 10 - Slide

Aufgabe 10. WORTSCHATZ ÜBUNG: 

A. Vul de stippellijntjes op S. 17/18 in. Gebruik de woordenlijst achterin het projectboekje. 


Slide 11 - Slide

Aufgabe 10. WORTSCHATZ ÜBUNG: 

B. Schrijf nu (in het Duits) hieronder jouw antwoorden op de 11 vragen bij 11A en reageer op de antwoorden van je gesprekpartner bijvoorbeeld met de woorden op S.18 


Slide 12 - Slide

Aufgabe 10. WORTSCHATZ ÜBUNG: 

C. Oefen nu het gesprek door de zinnen en de antwoorden van opdracht A&B uit te spreken. 

Slide 13 - Slide

Aufgabe 11. AUSSPRACHE ÜBUNG  

Oefen je uitspraak nogmaals door de zinnen van de vorige oefening in te voeren op https://ttsfree.com/text-to-speech/german en na te spreken. Schrijf hierbij feedback op voor jezelf aan de hand van wat de site je teruggeeft en schriif 10 moeilijk uit te spreken woorden fonetisch (dus hoe je het uitspreekt) op.

Slide 14 - Slide

Aufgabe 12. 🏕️ Maak van het lokaal een echte Duitse camping! 
📝 Stap 1: Brainstorm – Hoe maak je van het lokaal een camping?
📝 Stap 2: Jouw persoonlijke bijdrage  
🎯 Stap 3: Deel je ideeën 

Slide 15 - Slide

Aufgabe 12. 🏕️ Maak van het lokaal een echte Duitse camping! 
📝 Stap 1:Brainstorm – Hoe maak je van het lokaal een camping? (individueel)
1. Hoe kan jij ervoor zorgen dat je je op een echte Duitse camping waant? 

2. Welke dingen heb je thuis liggen die je kunt meenemen? Denk aan spullen die passen bij een camping, zoals tenten, kampeerstoelen, slaapzakken, bordspellen, enz.

3. Welke Duitse woorden horen hierbij? Denk aan de naambordjes die we bij de voorwerpen neerlegt 

Slide 16 - Slide

Aufgabe 12. 🏕️ Maak van het lokaal een echte Duitse camping! 
📝 Stap 2: Jouw persoonlijke bijdrage (in je MC bespreken op fluistertoon)
Schrijf op S. 20 op wat jij thuis hebt liggen en welke spullen jij meeneemt.
✅ Ik neem de volgende spullen mee: 
1.
2.
3.
4.
5.

Slide 17 - Slide

Aufgabe 12. 🏕️ Maak van het lokaal een echte Duitse camping! 
🎯 Stap 3: Deel je ideeën 
Bespreek binnen de MC (een iemand wisselt door van jullie MC naar een andere MC) wat je meeneemt en combineer jullie ideeën. Misschien kan iemand een tent meenemen, terwijl een ander zorgt voor een tafel met bordspellen! Samen maken we het lokaal zo realistisch mogelijk. 

Slide 18 - Slide

Wie schreibt man das Wort: Zelt
phonetisch auf?

Slide 19 - Open question

Wie schreibt man das Wort: Frühstück
phonetisch auf?

Slide 20 - Open question

Wie schreibt man das Wort: neu
phonetisch auf?

Slide 21 - Open question

Wie schreibt man das Wort: Zeit
phonetisch auf?

Slide 22 - Open question

Wie schreibt man das Wort: Geschwister
phonetisch auf?

Slide 23 - Open question

Was wird mitgebracht fürs Thema Sprachstadt den 13. Juni?

Slide 24 - Mind map