Großbuchstabe

1 / 12
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 35 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

In 2-tallen
Zoek een partner en maak de volgende 3 vragen.

Overleg met elkaar wat het juiste antwoord is.


Slide 2 - Slide

Hoofdletter,                 regel 1 = begin van een zin!
er
wohnt
in
costa
rica.
mein
vater
heißt
hans
und
ein
schönes
sehr
land.
Hoofdletter

Slide 3 - Drag question

Hoofdletter,                 regel 2 = namen!
er
wohnt
in
costa
rica.
mein
vater
heißt
hans
und
ein
schönes
sehr
land.
Hoofdletter

Slide 4 - Drag question

Hoofdletter,                 regel 3 = zelfstandig naamwoord
er
wohnt
in
costa
rica.
mein
vater
heißt
hans
und
ein
schönes
sehr
land.
Hoofdletter

Slide 5 - Drag question

Nu alleen
Maak de volgende 4 slides zelf.
Kijk goed.
Lees goed.


Slide 6 - Slide

Hoofdletter,                 regels 1, 2 und 3 
meine
eltern
wohnen
in
stiens.
ich
habe
keine
geschwister.
und
wir
oft
kommen
zusammen.
(= samen)
Begin v.d. zin
Naam
Zelfstandig nw

Slide 7 - Drag question

Hoofdletter,                 regels 1, 2 und 3 
samstag
(=zaterdag)
und
sonntag.
(=zondag)
diana
mag
(= houdt van)
weihnachten
(=kerst)
ist
dieses
jahr
am
silvester
(=oud/nieuw)
oft
am
liebsten.
Begin v.d. zin
Naam
Zelfstandig nw

Slide 8 - Drag question

Hoofdletter,                 regels 1, 2 und 3 
goldene
hochzeit
(=huwelijk)
in
paris.
(=parijs)
wir
Opa
und
oma
feiern
(=vieren)
ihre
(=hun)
sind
eingeladen.
(=uitgenodigd)
alle
Begin v.d. zin
Naam
Zelfstandig nw

Slide 9 - Drag question

Hoofdletter,                 regels 1, 2 und 3 
fehler
(=fouten)
bei
dieser
übung
(=oefening)
gemacht
peter
hofft
dass
er
keine
hat.
Begin v.d. zin
Naam
Zelfstandig nw

Slide 10 - Drag question

Is alles goed? Dan mag je de rest van de tijd gebruiken om nog eens kritisch naar je gemaakte werk te kijken.
Daarna kun je gaan leren voor je woordjes of de werkwoorden.

Ging het niet goed, overleg dan met iemand in de klas.

Kom je/jullie er niet uit, dan vraag je om hulp bij de docent.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide