Spreekwoorden en uitdrukkingen
1 / 42
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Open question
Hij lacht in zijn vuistje, betekent...
Slide 3 - Mind map
Slide 4 - Open question
De scepter zwaaien betekent...
Slide 5 - Mind map
Slide 6 - Open question
Zwemmen in het geld betekent...
Slide 7 - Mind map
Slide 8 - Open question
Slide 9 - Mind map
Slide 10 - Open question
Op heterdaad betrappen is:
A
een spreekwoord
B
een uitdrukking
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Open question
Geld uit de zak kloppen is
A
een spreekwoord
B
een uitdrukking
Slide 13 - Quiz
Slide 14 - Open question
Geld over de balk gooien betekent...
Slide 15 - Mind map
Slide 16 - Open question
Geld laten rollen is
A
een uitdrukking
B
Een spreekwoord
Slide 17 - Quiz
Slide 18 - Open question
Maak een goede Nederlandse zin met de uitdrukking 'geld in het laatje brengen'.
Slide 19 - Open question
Slide 20 - Open question
Op eieren lopen betekent...
Slide 21 - Mind map
Slide 22 - Open question
Een duit in het zakje doen betekent...
Slide 23 - Mind map
Slide 24 - Open question
Maak een goede zin met 'hij is een dief van zijn eigen portemonnee'.
Slide 25 - Open question
Slide 26 - Open question
Door de achterdeur vetrekken betekent...
Slide 27 - Open question
Slide 28 - Open question
Dat is geen zuivere koffie betekent...
Slide 29 - Open question
Slide 30 - Open question
Ander woord voor 'bulken'
Slide 31 - Mind map
Slide 32 - Open question
wat is een draaideurcrimineel?
Slide 33 - Mind map
Slide 34 - Open question
Wat wordt bedoeld met tijd is
geld?
geld?
Slide 35 - Mind map
Slide 36 - Open question
Wat wordt bedoeld met: een dubbeltje op z'n kant?
Slide 37 - Mind map
Slide 38 - Open question
Stelen raven?
A
ja
B
nee
C
weet ik niet
Slide 39 - Quiz
Slide 40 - Open question
Wat wordt bedoeld met op zwart zaad zitten?
