- Jassen uit, tassen op de grond - spullen pakken (laptop, boek, pen/potlood etc.) - telefoons in het zakkie!
1 / 14
next
Slide 1: Slide
This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Welkom allemaal
- Jassen uit, tassen op de grond - spullen pakken (laptop, boek, pen/potlood etc.) - telefoons in het zakkie!
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
Aan het einde van de les kan ik vertellen welke spreekdoelen er zijn en wat de betekenis is van dat spreekdoel.
Slide 2 - Slide
Filmpje
https://www.youtube.com/watch?v=uTYortB3nkE
Slide 3 - Slide
spreekdoelen?
Slide 4 - Mind map
Definitie en voorbeelden
Amuseren: vermaken, iets grappigs vertellen
Informeren: informeren
Instrueren: iets uitleggen
Overtuigen: overtuigen, door je mening te geven en argumenten te gebruiken
Slide 5 - Slide
Welk spreekdoel? Je vriendin vertelt hoe je een taart moet bakken.
A
amuseren
B
informeren
C
instrueren
D
overtuigen
Slide 6 - Quiz
Welk spreekdoel? Je vader vertelt wat hij heeft gehoord op het nieuws over het telefoongebruik.
A
amuseren
B
informeren
C
instrueren
D
overtuigen
Slide 7 - Quiz
Welk spreekdoel? Je vertelt aan je klasgenoot hoe hij met de tram naar school moet reizen.
A
amuseren
B
informeren
C
instrueren
D
overtuigen
Slide 8 - Quiz
Welk spreekdoel? Je vertelt je docent waarom volgens jou scholen later moeten beginnen.
A
amuseren
B
informeren
C
instrueren
D
overtuigen
Slide 9 - Quiz
Welk spreekdoel? Je vertelt een grappig verhaal aan je klasgenoot.
A
amuseren
B
informeren
C
instrueren
D
overtuigen
Slide 10 - Quiz
Instructie
Je gaat nu de volgende opdrachten maken: les 13 opdracht 1, 3, 4 en 6. Je mag elkaar helpen (fluisteren). De juf loopt langs voor vragen. Je hebt 12 minuten. Aan het einde gaan we nakijken.
Slide 11 - Slide
Antwoorden
Slide 12 - Slide
Antwoorden
Slide 13 - Slide
Leerdoelen
Aan het einde van de les kan ik vertellen welke spreekdoelen er zijn en wat de betekenis is van dat spreekdoel.