This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slide.
Items in this lesson
christendom
in de eerste vijf eeuwen
Slide 1 - Slide
welke naam hoort niet bij de evangelisten?
A
Paulus
B
Markus
C
Mattheus
D
Johannes
Slide 2 - Quiz
wat zijn de oudste boeken van het nieuwe testament?
A
evangelien
B
brieven van Paulus
C
Handelingen der apostelen
D
Openbaring van Johannes
Slide 3 - Quiz
Wat hoort niet bij de term 'joodse christenen'?
A
eerste volgelingen van Jezus
B
joden die Jezus als hun messias zien
C
christenen die zich aan alle joodse leefregels houden
D
christenen die jood moeten worden om bij de kerk te horen
Slide 4 - Quiz
Een parabel is
A
een spreekwoord
B
een overdrijving
C
een gelijkenis
D
de kleinste klok in een carillon
Slide 5 - Quiz
Met de term "koninkrijk van God" bedoelt Jezus
A
de wereld zoals God die bedoeld heeft
B
de hemel
C
Kanaän, het land waar Israël woont
D
de geestelijke wereld van God
Slide 6 - Quiz
wat hoort niet bij de apostel Paulus?
A
Joods christen
B
zendingsreizen
C
christenvervolger
D
evangelieschrijver
Slide 7 - Quiz
wat was geen reden voor de romeinen om christenen te vervolgen?
A
de weigering om de keizer te vereren
B
de weigering om de goden te offeren
C
de onderlinge liefde van de christenen
D
dienstweigering
Slide 8 - Quiz
wat hoort niet bij de zaken die de romeinen bizar vonden aan de christenen?
A
het gerucht over het eten van mensenvlees
B
het feit dat ze kinderen lieten dopen
C
het vereren van een gekruisigde redder
D
het aanbidden van slechts 1 God
Slide 9 - Quiz
Onder keizer Constantijn werd het christendom een staatreligie.
A
juist
B
niet juist
Slide 10 - Quiz
een bisschop staat boven de priester in de rooms katholieke kerkhierarchie
A
juist
B
niet juist
Slide 11 - Quiz
stelling 1. Iedere paus is ook priester stelling 2. iedere paus is ook een bisschop
A
beide stelling zijn juist
B
alleen stelling 1 is juist
C
alleen stelling 2 is juist
D
beide stellingen zijn niet juist
Slide 12 - Quiz
een concilie is
A
een kerkvergadering
B
een officiële uitspraak van de paus
C
een gunst
D
een samenzang
Slide 13 - Quiz
dit symbool betekent: Jezus Christus is Gods Zoon en Redder
A
B
C
D
Slide 14 - Quiz
welk sacrament is alleen bedoeld voor een beperkt aantal mensen?
A
doop
B
biecht
C
priesterwijding
D
ziekenzalving
Slide 15 - Quiz
1. Doop en avondmaal zijn de twee sacramenten die protestanten en katholieken en oosters orthodoxen gemeen hebben. 2. Eucharistie is de andere naam voor de biecht.