Oefentoets K5
1 / 45
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
... Mann heißt Leon. (De)
Slide 2 - Open question
Wir werden bei ... Eltern schlafen. (jouw)
Slide 3 - Open question
Ihr habt ihm ... Geschenk (o) gegeben. (een)
Slide 4 - Open question
Kannst du ... Freundin einen Apfel geben? (jouw)
Slide 5 - Open question
Das beste Schnitzel macht ... Oma. (mijn)
Slide 6 - Open question
Ich habe es ... erzählt. (hij)
Slide 7 - Open question
Wir werden das mit ... machen. (u)
Slide 8 - Open question
Wir spielen morgen gegen ... (jullie)
Slide 9 - Open question
Wann habt ... Geschichte. (jullie)
Slide 10 - Open question
Sie hat das Buch für ... gekauft. (ik)
Slide 11 - Open question
aufhören
proben
aufwachsen
versuchen
oefenen, repeteren
proberen
opgroeien
stoppen, ophouden
Slide 12 - Drag question
die Art
Slide 13 - Open question
deshalb
Slide 14 - Open question
ebenfalls
Slide 15 - Open question
ständig
Slide 16 - Open question
stolz
Slide 17 - Open question
das Thema
Slide 18 - Open question
der Kopf
Slide 19 - Open question
das Herz
Slide 20 - Open question
blöd
klar
günstig
schade
duidelijk
jammer
voordelig, goedkoop
stom
Slide 21 - Drag question
die Miete
Slide 22 - Open question
die Sehenswürdigkeit
Slide 23 - Open question
wenn
Slide 24 - Open question
das Gebäude
Slide 25 - Open question
passieren
Slide 26 - Open question
die Kirche
Slide 27 - Open question
jemand
Slide 28 - Open question
in der Nähe
Slide 29 - Open question
uitslapen
Slide 30 - Open question
naar de bioscoop gaan
Slide 31 - Open question
tv-kijken
Slide 32 - Open question
met vrienden afspreken, vrienden ontmoeten
Slide 33 - Open question
telefoneren
Slide 34 - Open question
de badkamer
Slide 35 - Open question
de woonkamer
Slide 36 - Open question
de hal
Slide 37 - Open question
de keuken
Slide 38 - Open question
de wc
Slide 39 - Open question
Wat doe je in je vrije tijd?
Freizeit? - machst - in - du - Was - deiner
Freizeit? - machst - in - du - Was - deiner
Slide 40 - Open question
Naar welke soort muziek luister je graag?
Musik - du - Welche - hörst - gern? - Art
Musik - du - Welche - hörst - gern? - Art
Slide 41 - Open question
Ik ga graag uit.
gern - Ich - aus. - gehe
gern - Ich - aus. - gehe
Slide 42 - Open question
We wonen in een grote stad.
Großstadt. - wohnen - einer - Wir - in
Großstadt. - wohnen - einer - Wir - in
Slide 43 - Open question
Op de begane grond is een logeerkamer.
Erdgeschoss - Gästezimmer. - ist - Im - ein
Erdgeschoss - Gästezimmer. - ist - Im - ein
Slide 44 - Open question
Het appartement is op de eerste verdieping.
Wohnung - ersten - Die - im - Stock. - ist
Wohnung - ersten - Die - im - Stock. - ist
