This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 3 min
Items in this lesson
Basisstof 6 zwangerschap en geboorte
Slide 1 - Slide
geboorte
Slide 2 - Mind map
ZWANGERSCHAP
Slide 3 - Slide
Bevruchting
De bevruchting van de ei cel vindt plaats in de eileider. De kop van de zaadcel dringt de eicel binnen. Zodra dit is gebeurd, wordt de ei cel onddoordringbaar.
De vrouw is dan zwanger. Er vindt geen menstruatie meer plaats.. Het groepje cellen gaat zich dan delen en heet dan een embryo.
Slide 4 - Slide
Innesteling
De bevruchte eicel gaat zich meteen een aantal keren delen. Na een tijdje ontstaat er een klompje cellen. Dit klompje cellen wordt door de eilleider vervoerd naar de baarmoeder.
Slide 5 - Slide
De wand van de baarmoeder bestaat uit een dikke laag spieren. Aan de binnenkant zit slijmvlies. In dit slijmvlies kan het klompje cellen vastgroeien. Dit noemen we innesteling. Je bent dan zwanger.
Slide 6 - Slide
Wat gebeurt er na een succesvolle bevruchting?
A
De bevruchte eicel wordt een embryo en nestelt zich in de baarmoederwand
B
De bevruchte eicel deelt zich niet en sterft af
C
De bevruchte eicel wordt uitgestoten via de menstruatiecyclus
D
De bevruchte eicel blijft in de eileider en ontwikkelt zich daar
Slide 7 - Quiz
Zwangerschap
Slide 8 - Slide
Embryo
Het kind groeit in de baarmoeder. De eerste weken noem je het een embryo.
Vanaf de 8ste week noem je het een foetus. Na de geboorte noem je het een baby. Na 9 maanden is er uit een embryo een compleet kindje ontstaan.
Slide 9 - Slide
Wat is een embryo?
A
Een ziekte
B
Een ongeboren dier of mens in de eerste weken van de zwangerschap
C
Een soort medicijn
D
Een volledig ontwikkeld dier of mens
Slide 10 - Quiz
Slide 11 - Video
Zwangerschap
De eerste weken krijgt het embryo voeding vanuit de baarmoederwand.
Daarna onstaat er een placenta (moederkoek). De Foetus is door de navelstreng verbonden met de placenta.
De foetus leeft in vruchtwater. Hierdoor is de foetus beschermd.
Slide 12 - Slide
Geboorte
Ontsluiting
Vliezen breken
Persweeen
Uitdrijving
Nageboorte
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Video
Tijdens de zwangerschap treden geen menstruaties op.
A
ja
B
nee
Slide 15 - Quiz
Een zwangerschap duurt ..... maanden?
A
7
B
8
C
9
D
10
Slide 16 - Quiz
Bij welke week in je zwangerschap wordt een embryo een foetus?
A
8
B
12
C
38
D
40
Slide 17 - Quiz
Waarmee eindigt een bevalling?
A
uitdrijving
B
nageboorte
C
ontsluiting
Slide 18 - Quiz
wat gebeurt er tijdens dag 1 t/m 5 van de Menstruatiecyclus?
A
ovulatie
B
innesteling
C
menstruatie
D
bevalling
Slide 19 - Quiz
In welke fase van de bevalling starten de weeën?
A
Uitdrijving
B
Ontsluiting
C
Nageboorte
Slide 20 - Quiz
exit ticket: Hoe noem je de vrucht de eerste 8 weken van een zwangerschap.
Slide 21 - Open question
exit ticket: Hoe noem je de fase waarmee de bevalling eindigt.