zth 4B Taalverzorging formuleren verwijswoorden

zth 4b hst 3 Taalverzorging 
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

zth 4b hst 3 Taalverzorging 

Slide 1 - Slide

Doelen van deze les
Je weet waarom je verwijswoorden gebruikt
Je herkent waar fouten met verwijswoorden gemaakt worden
Je kunt zelf zinnen met de juiste verwijswoorden maken
Al jouw vragen zijn gesteld en beantwoord

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

wat zijn verwijswoorden eigenlijk?

Slide 4 - Open question

waarvoor gebruik je verwijswoorden?

Slide 5 - Open question

Verwijswoorden
Gebruik je om te verwijzen naar woorden die je (meestal) eerder in de tekst gebruikt hebt,
Je gebruikt verwijswoorden voor een afwisselend en soms korter taalgebruik

Hanna en Jan liepen langs mijn raam.
Hanna en Jan liepen naar de Albert Heyn.
Zij liepen naar de Albert Heyn.

Slide 6 - Slide

Ubbe en Babs hebben trek. Zij schreeuwen in de hoop dat ze eten krijgen. Wat is het verwijswoord?
A
hebben
B
ze
C
zij
D
ze en zij ook

Slide 7 - Quiz

Gebruik zelf een verwijswoord in een goede zin.

Slide 8 - Open question

Bij deze les hoort ook een video-uitleg
Deze vind je in je online lesmethode

Slide 9 - Slide

Met deze woorden gaat het vaak mis
dit-dat
deze-die
mij-mijn
jou-jouw
u-uw
ons - onze
hun -zij - ze

Slide 10 - Slide

even oefenen
Maak opdracht 1 t/m 6 blz. 125
Deze bespreken we straks gelijk!
timer
15:00

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Doelen van deze les
Je weet waarom je verwijswoorden gebruikt
Je herkent waar fouten met verwijswoorden gemaakt worden
Je kunt zelf zinnen met de juiste verwijswoorden maken
Al jouw vragen zijn gesteld en beantwoord

Slide 13 - Slide