3H - H4 §1 Samenvatting - rekenen met groeifactor en procenten

1 / 19
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Welkom!
Leg klaar:

Je laptop (dicht)
Ruitjesschrift
Etui
Rekenmachine

Slide 2 - Slide

§1 Samenvatting - rekenen met vermenigvuldigings/groeifactor
                 

Slide 3 - Slide

Je kan lineaire verbanden herkennen
Terugblik - huiswerk

Slide 4 - Slide

Je kan lineaire verbanden herkennen
§1 - samenvatting
groeifactor x oud = nieuw

groeifactor =

oud (begingetal) = nieuw : groeifactor
nieuw
 oud
totale toename/afname in procenten berekenen:
stap 1: maak van elk % een groeifactor
stap 2: vermenigvuldig de groeifactoren
stap 3: reken met de nieuwe groeifactor de toename of afname in % uit.
groeifactor:
toename:    100% + 6% = 106%  -> 1,06
afname:       100% - 6 % - 94%    -> 0,94
1) Hoeveel is 35% van 2000?

2) Een kinderboerderij heeft 1220 dieren, dit jaar is het toegenomen met 15%. Hoeveel dieren zijn er bijgekomen?

3) Het museum heeft 4500 bezoekers per jaar. Dit aantal groeit met 23%. Hoeveel bezoekers zijn er nu?

4) De inkomsten van een webshop dalen van €2400 naar €1300. Wat is de afname in %?

5) Na een stijging van 65% zijn er nu 320 vogelhuisjes te vinden in Hardinxveld. Hoeveel waren er voor de stijging?

6) Het aantal inwoners steeg vorig jaar met 6%, dit jaar was de afname 9%. Wat is de totale toe- of afname in procenten?

Slide 5 - Slide


1) Hoeveel is 35% van 2000?

Slide 6 - Open question


2) Een kinderboerderij heeft 1220 dieren, dit jaar is het toegenomen met 15%. Hoeveel dieren zijn er bijgekomen?

Slide 7 - Open question


3) Het museum heeft 4500 bezoekers per jaar. Dit aantal groeit met 23%. Hoeveel bezoekers zijn er nu?

Slide 8 - Open question


4) De inkomsten van een webshop dalen van €2400 naar €1300. Wat is de afname in %? Rond af op 1 decimaal.

Slide 9 - Open question


5) Na een stijging van 65% zijn er nu 320 vogelhuisjes te vinden in Hardinxveld. Hoeveel waren er voor de stijging?

Slide 10 - Open question


6) Het aantal inwoners steeg vorig jaar met 6%, dit jaar was de afname 9%. Wat is de totale toe- of afname in procenten?

Slide 11 - Open question

Je kan lineaire verbanden herkennen
§1 - samenvatting
groeifactor x oud = nieuw

groeifactor =

oud (begingetal) = nieuw : groeifactor
nieuw
 oud
totale toename/afname in procenten berekenen:
stap 1: maak van elk % een groeifactor
stap 2: vermenigvuldig de groeifactoren
stap 3: reken met de nieuwe groeifactor de toename of afname in % uit.
groeifactor:
toename:    100% + 6% = 106%  -> 1,06
afname:       100% - 6 % - 94%    -> 0,94

Slide 12 - Slide

Maken
LessonUp: Herhaling §1
timer
6:00

Slide 13 - Slide


Slide 14 - Open question


Slide 15 - Open question


Slide 16 - Open question


Slide 17 - Open question


Slide 18 - Open question


Slide 19 - Open question