WB 1. 3 Kinderrechten

• Global Citizenship
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Wereldburgerschap

Lesdoelen:

- Je leert over rechten (van kinderen)

- Je weet welke organisaties er zijn voor kinderrechten

- Je gaat onderzoek doen en informatie opzoeken

- Aan het eind van de lessenserie lever je eindopdracht 1 en 2 in via simulise.

 

Kinder

rechten

Wat zijn (kinder)rechten?

Bespreekpunten voor we kunnen starten:

1. Wat zijn rechten? En wat zijn plichten?

2. Welke rechten hebben wij zoal hier in Nederland?

3. Zit er verschil tussen mensen qua basisrechten?

4. Wat weet je van kinderrechten?

5. Welke organisaties komen er op voor de rechten van kinderen?

Kijk zo op de website van Unicef maar eens naar alle 54 wetsartikelen "inzake de rechten van het kind"

www.unicef.nl

Opdracht A: Unicef kinderrechten (1)

1 . Kijk goed naar de eerste 39 rechten.

Voor extra informatie, klik op het betreffende artikel.

2. Zijn er vragen over bepaalde wetsartikelen?

3. Vorm nu tweetallen en maak gezamenlijk een Word/Google Doc aan 

Opdracht A: Unicef kinderrechten (2)

 

4. Maak samen een top 5 van rechten die voor jullie zelf het belangrijkst zijn. Nummer 1 is het belangrijkste.

5. Bedenk zelf hoe jullie aangeven hoe jullie de rangorde gaan vormen (piramide, lijstje, cirkels, tekstgrootte, kleuren, etc.)

Deel nu jullie top 5

Opdracht A: Unicef kinderrechten (3)

6. Kijk nu nog eens naar de eerste 39 artikelen. Hoe zou de top 5 van kinderen in arme landen eruitzien?

3 minuten 

Denk na over waarom deze top 5 anders is dan die van jullie zelf. Noteer de redenen in jullie schrift.

Top 5 voor kinderen in arme landen

Opdracht A: Unicef kinderrechten (3)

6. Kijk nu nog eens naar de eerste 39 artikelen. Hoe is de top 5 van kinderen in oorlogsgebieden?

Denk na over waarom deze top 5 anders is dan die van jullie zelf. Noteer de redenen in jullie schrift.

Top 5 van kinderen in oorlogsgebieden

Wat denk je dat een kinderrechten
organisatie doet?

Opdracht B: kinderrechten.nl (1)

Je gaat zo meteen de website bezoeken.

www.kinderrechten.nl

Beantwoord de vragen in je schrift

1. Voor wie zijn de kinderrechten bedoeld?

2. Is naar school gaan een recht of een plicht? Leg je antwoord uit in ongeveer 25 woorden.

3. Waarom zijn er speciale rechten voor kinderen maar niet echt voor volwassenen?

4. Wanneer en door wie is het internationale verdrag voor de rechten van het kind opgesteld?

5. Waarom helpen landen elkaar en hoe kunnen ze dat doen?

6. Is er ook een kinderdag? Zo ja, wanneer?

www.kinderrechten.nl

Welke van de volgende vier kopjes klik je aan als je meer informatie wilt vinden over leerlingen waar thuis niet zoveel geld is voor schoolspullen etc.?

 1. Armoede/geld

2. Jeugdhulp en pleegzorg

3. onderwijs

4. spelen

Welk kopje klik je aan als je meer wilt weten over HALT, en welke jongeren komen daarmee in aanraking?

 1. arbeid 

2. handicap

3. jeugdstrafrecht

4. onderwijs

Welk kopje klik je aan als je meer wilt weten over 'right to play'. Waar is die organisatie voor?

 1. armoede/geld

2. jeugdhulp en pleegzorg

3. participatie en informatie

4. spelen

www.kinderrechten.nl

Opdracht C: kinderrechten.nl (4)

Klik op de verschillende leeftijdscategorieën om de antwoorden te vinden. 

1. Vanaf wanneer heb je een eigen ID nodig als je naar het buitenland gaat?

2. Vanaf wanneer MOET je naar school?

3. Vanaf wanneer mag je de ochtendkrant bezorgen?

4. Vanaf wanneer mag je een piercing nemen MET toestemming van je ouders?

5. Vanaf wanneer mag je een account aanmaken op Facebook?

6. Vanaf wanneer kun je aansprakelijk worden gesteld voor schade die jij maakt?

7 Wat mag jij vanaf je volgende verjaardag wat je NU nog niet mag?

Eindopdracht kinderrechten (deel 1) - op Simulise

Ga nu naar https://www.kinderrechten.nl/jeugd/quizzzzz/ en doe de quiz. Maak een screenshot van de resultaten en zet deze ook op Simulise, bij je andere opdracht over kinderrechten.

Eindopdracht kinderrechten (deel 2) - op Simulise

Denk na over de volgende situatie:

Jij bent 12 jaar en je wilt ook graag leuke kleren kunnen kopen. Je vindt dat je te weinig zakgeld krijgt en nu wil je dus graag een bijbaantje als vakkenvuller bij de supermarkt. Je ouders zijn het daar niet mee eens. Zoek uit wat jouw rechten zijn en die van je ouders. Doe goed onderzoek en vermeld minimaal 2 bronnen in je antwoord. Je antwoord is tussen de 50 en 100 woorden lang.

https://werenfridus.simulise.com/school/assignment/8edc0380-e862-4137-b712-57d2d9f0702a/view