5.3 deel 2. 5.4 deel 1 + herhaling 5.2

Zorg dat je klaar bent
Boek 
werkboek B
Binas
pen
aantekeningenschrift

1 / 44
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Zorg dat je klaar bent
Boek 
werkboek B
Binas
pen
aantekeningenschrift

Slide 1 - Slide

Planning
herhaling 

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Je herhaalt vandaag de lesstof van hoofdstuk 5, wat we tot nu toe behandeld hebben


Slide 3 - Slide

Herhalen
Herhalen van de lesstof is belangrijk voor je geheugen

Slide 4 - Slide

wat weet je nog van de vorige lessen

Slide 5 - Mind map

Bij het mengen van twee stoffen ontstaat altijd een oplossing
Juist
Onjuist

Slide 6 - Poll

Als je stoffen mengt , veranderen de stof eigenschappen niet
juist
Onjuist

Slide 7 - Poll

Tel de verschillende atomen
C  6x
H  12 x
O  6 x
de formule is
C6H12O6
alfabetische volgorde

Slide 8 - Slide

Hoeveel atomen zijn er aanwezig in
4H2SO4
A
6H, 2S en 4 O
B
8H, 4S en 16 O
C
12H, 6S en 24 O
D
12H, 1S en 4 O

Slide 9 - Quiz

7 moleculen van de vloeistof methanol bestaan uit 7 koolstofatomen, 28 waterstofatomen en 7 zuurstofatomen. Schrijf de molecuulformule op

Slide 10 - Open question

Uitleg deel 2 van 5.3
Naamgeving van moleculaire stoffen

Slide 11 - Slide

Niet metaal-atomen????
tabel 34 binas
blz 57 boek

Slide 12 - Slide

dus:
een moleculaire stof bevat niet-metaal atomen
en hoe geef je die een naam?

Slide 13 - Slide

De naam van de moleculaire naam die je op deze manier samenstelt noem je de rationale naam of systematische naam
triviale naam = aardgas
rationale naam = methaan

binas tabel 42

Slide 14 - Slide

vooraf is belangrijk dat je weet dat:
Alle atomen een index hebben

CH4

Slide 15 - Slide

Bij de index hoort een voorvoegsel
index
voorvoegsel
1
mono
2
di
3
tri
4
tetra
5
penta

Slide 16 - Slide

Stappenplan, zie ook blz 76:
Hoe geef je een moleculaire stof een naam?
stap 1 : bepaal de index van de eerste atoomsoort
welk voorvoegsel hoort erbij?

stap 2: bepaal de index van de tweede atoomsoort
welk voorvoegsel hoort daarbij?

stap 3: Zet het voorvoegsel voor de naam van de atoomsoort, als mono voor het eerste atoom komt laat je deze weg

Slide 17 - Slide

Hoe geef je een moleculaire stof een naam?
stap 1 : bepaal de index van de eerste atoomsoort
welk voorvoegsel hoort erbij?

stap 2: bepaal de index van de tweede atoomsoort
welk voorvoegsel hoort daarbij?
stap 3: Zet het voorvoegsel voor de naam van de atoomsoort
CO2

Eerste atoomsoort is C, de index is 1, voorvoegsel is mono

Tweede atoomsoort is O, de index is 2,
voorvoegsel is di
mono koolstof di oxide
mono laat je weg: koolstofdioxide

Slide 18 - Slide

Een moleculaire stof bestaat uit
A
niet metaal atomen
B
metaal atomen

Slide 19 - Quiz

In het binas zijn de vakjes van de niet metaalatomen
A
blauw
B
geel

Slide 20 - Quiz

Wat is de naam van
SO2

Slide 21 - Open question

Wat is de naam van
SO3

Slide 22 - Open question

Wat is de naam van
N2O4

Slide 23 - Open question

Wat is de formule van diwaterstofmono-oxide?

Slide 24 - Open question

Wat is de formule van difosforpentaoxide

Slide 25 - Open question

Elke zuivere stof heeft zijn eigen atoomsoort
juist
onjuist

Slide 26 - Poll

Verbindingen bestaan uit verschillende atoomsoorten
juist
onjuist

Slide 27 - Poll

De index geeft het aantal atomen van de atoomsoort aan
juist
onjuist

Slide 28 - Poll

De coëfficiënt geeft het aantal moleculen aan
juist
onjuist

Slide 29 - Poll

Bij een chemische reactie
Vallen de moleculen uit elkaar
van de atomen worden nieuwe moleculen gemaakt
de atomen worden opnieuw gerangschikt
alle atomen blijven, er raakt niks zoek/kwijt

Slide 30 - Slide

reactieschema:

water (l) -> waterstof (g) + zuurstof (g)
reactievergelijking

2 H2O (l) -> 2 H2 (g) + O2(g)

Slide 31 - Slide

De reactievergelijking
  1. Moet kloppend zijn
  2. Links en rechts moet je evenveel atomen hebben van dezelfde soort hebben

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Bij een reactie vallen de moleculen uit elkaar
juist
onjuist

Slide 34 - Poll

In een reactieschema staan molecuulformules
juist
onjuist

Slide 35 - Poll

Bij een reactie gaan atomen verloren
juist
onjuist

Slide 36 - Poll

In een reactievergelijking geef je de fase van stoffen aan
juist
onjuist

Slide 37 - Poll

De coefficient 1 laat je in de reactievergelijking staan
juist
onjuist

Slide 38 - Poll

Met een reactieschema bedoelen we de reactie in
A
woorden
B
atomen
C
molecuulformules
D
geen idee

Slide 39 - Quiz

Met een reactievergelijking bedoelen we de reactie in
A
woorden
B
atomen
C
molecuulformules
D
geen idee

Slide 40 - Quiz

wat betekent kloppend maken?
A
Links en rechts van de pijl heb je evenveel atomen
B
links en rechts van de pijl heb je evenveel moleculen
C
links en rechts hen je evenveel atomen van elke atoomsoort staan
D
links en rechts van de pijl schrijf je de namen van beginstoffen en reactieproducten op

Slide 41 - Quiz

Wat heb je onthouden van deze les

Slide 42 - Mind map

Aan de slag
Opdracht:
Ik zet jullie in 4 groepen:
groep 1 doet 5.1
Groep 2 doet 5.2
Groep 3 doet 5.3
groep 4 doet het 1e deel van 5.4
Je bespreekt in 5 minuten met elkaar wat het belangrijkste is uit jullie stuk.
Dan haal ik jullie terug.

Slide 43 - Slide

het belangrijkste uit ons stuk is

Slide 44 - Mind map