toets islam 01 verbeterde versie

                                     Toets islam 01
1 / 32
next
Slide 1: Slide
LevensbeschouwingMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

                                     Toets islam 01

Slide 1 - Slide

De islam is
A
monotheïstisch
B
polytheïstisch
C
atheïstisch
D
agnostisch

Slide 2 - Quiz

De belangrijkste persoon voor de islam
A
Sarah
B
Jezus
C
Mohammed
D
Hagar

Slide 3 - Quiz


Welk jaar begint de islamitische jaartelling?
A
Het jaar waarin de profeet Mohammed werd geboren.
B
Het jaar waarin de Koran werd geopenbaard.
C
Het jaar waarin de eerste moskee werd gebouwd.
D
Het jaar waarin Mohammed van Mekka naar Medina vertrekt.

Slide 4 - Quiz

Hoeveel jaar na het veroveren van Mekka overlijdt Mohammed?
A
2 jaar na de verovering van Mekka.
B
12 jaar na de verovering van Mekka.
C
20 jaar na de verovering van Mekka.
D
22 jaar na de verovering van Mekka.

Slide 5 - Quiz

Het heilige boek voor de islam is
A
De Koran
B
De Bijbel
C
De TeNaCh
D
De Veda's

Slide 6 - Quiz

Over het heilige boek van de islam kunnen we zeggen dat
A
het helemaal op zichzelf staat, verhalen van andere godsdiensten worden ontkent.
B
er geen betere weergave in mensentaal is van Gods openbaring.
C
het begint met de verhalen uit de TeNaCh en de Bijbel.
D
er nog veel openbaringen van nieuwe profeten zullen volgen.

Slide 7 - Quiz

Wat is de Dag des Oordeels in de islam?
A
Een dag waarop Allah de goede daden van mensen beloont en de slechte daden bestraft.
B
Een dag waarop moslims samen komen om te bidden en te vasten.
C
Een dag waarop de Profeet Mohammed werd geboren.
D
Een dag waarop moslims hun gebeden aan Allah aanbieden om vergeving van hun zonden te vragen.

Slide 8 - Quiz

Het gebouw waar moslims samenkomen voor het gebed is
A
De synagoge.
B
De kerk.
C
De tempel.
D
De moskee.

Slide 9 - Quiz

Een goed moslim houdt zich aan
A
de 5 zuilen van de islam.
B
de 10 geboden van de islam.
C
de 7 pijlers van de islam.
D
de 3 fundamenten van de islam.

Slide 10 - Quiz

De 5 zuilen zijn;
A
de bedevaart, dagelijkse meditatie, armenbelasting, vasten., het gebed.
B
de bedevaart, de geloofsbelijdenis, de rituele wassing, de armenbelasting, de vastenmaand
C
de bedevaart, de vastenmaand, de rituele wassing, de armenbelasting, de dagelijkse meditatie.
D
de bedevaart, de geloofsbelijdenis, het gebed, de armenbelasting, de vastenmaand.

Slide 11 - Quiz

De stad die Mohammed het eerste tot de islam had bekeerd is
A
Jeruzalem
B
Mekka
C
Medina
D
Saoedi-Arabië

Slide 12 - Quiz

Medina was voor Mohammed gemakkelijker te bekeren tot de islam dan Mekka omdat
A
Medina in Saoudi-Arabië ligt.
B
Medina monotheïstisch was.
C
Medina veel kleiner was dan Mekka.
D
hij al ervaring had opgedaan met de verovering van Mekka.

Slide 13 - Quiz

Hoe heet deze kubus?
A
Aqi'dah
B
Ka'aba
C
Salaat
D
Sjahada

Slide 14 - Quiz

De Ka'aba is gebouwd
A
door Mohammed in Mekka.
B
door Mohammed in Medina.
C
door Ibrahim en Ismaël in Mekka.
D
door Ibrahim en Ismaël in Medina.

Slide 15 - Quiz

Sjahada =
A
de bedevaart
B
de vastenmaand
C
het gebed
D
de geloofsbelijdenis

Slide 16 - Quiz

De sjahada wordt uitgesproken
A
bij de geboorte
B
het slapen gaan
C
voor het eten
D
als een moslim het even moeilijk heeft

Slide 17 - Quiz

Welke van de zuilen wordt er uitgesproken tijdens het gebed?
A
de zakaat
B
de salaat
C
de sjahada
D
de hadj

Slide 18 - Quiz

Het aantal keren dat een moslim per dag bidt =
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 19 - Quiz

Wat moeten moslims doen als ze een gebed hebben gemist?
A
Het gemiste gebed inhalen voordat het volgende gebedstijd begint.
B
Een extra gebed verrichten tijdens het volgende gebedstijd om het gemiste gebed te compenseren.
C
Een donatie doen aan een liefdadigheidsinstelling als boetedoening voor het gemiste gebed.
D
Niets, gemiste gebeden kunnen niet worden ingehaald.

Slide 20 - Quiz

Moeten zwangere vrouwen meedoen met de Ramadan?
A
Ja, ze moeten altijd meedoen, ongeacht hun gezondheidstoestand.
B
Nee, zwangere vrouwen zijn niet verplicht om mee te doen.
C
Ja, maar alleen als hun arts het goedkeurt.
D
Nee, ze mogen alleen vasten als ze dat willen.

Slide 21 - Quiz

Voor wie is de bedevaart naar Mekka niet verplicht?
A
Voor moslims die niet weten hoe ze moeten reizen naar Mekka.
B
Voor moslims die geen interesse hebben in de bedevaart.
C
Voor moslims die te ziek of gehandicapt zijn om te reizen.
D
Voor moslims die druk bezig zijn met hun werk of studie.

Slide 22 - Quiz

Mohammed is geboren in...
A
571 n. Chr
B
522 n. Chr
C
622 n. Chr
D
632 n. Chr

Slide 23 - Quiz

Hadj
Sjahada 
Ramadan
Zakat
Salat
Geloofsbelijdenis
Armenbelasting
Vasten
Bedevaart

Slide 24 - Drag question

De Koran is voor moslims letterlijk
A
Het geschreven woord door Mohammed.
B
het Woord van de engel Djibriel.
C
Het Woord van God.
D
Het Woord van Abraham.

Slide 25 - Quiz

De Koran is verdeeld in 14 hoofdstukken. Die noemen we

Slide 26 - Open question

Waar is de sharia voor?
A
Het gaat alleen over de regels over hoe een moslim moet bidden.
B
Regels over hoe een moslim moet omgaan met andere mensen, zowel moslims als niet-moslims.
C
Regels over hoe een moslim moet omgaan met God en andere mensen, zowel moslims als niet-moslims.
D
Regels die alleen van toepassing zijn op het dagelijks leven van de Profeet Mohammed.

Slide 27 - Quiz

Waarom leidt de sharia vaak tot discussies?
A
Omdat het niet wordt erkend door alle moslims.
B
Omdat het slechts richtlijnen zijn voor persoonlijk gedrag, niet voor de samenleving.
C
Omdat de sharia niet is vastgelegd in één specifiek boek en daarom verschillend geïnterpreteerd kan worden.
D
Omdat de sharia alleen geldt voor moslims en niet-moslims worden uitgesloten.

Slide 28 - Quiz

Ik verwacht dat ik voor deze toets een
A
onvoldoende haal (1, 2, 3, 4, 5 )
B
voldoende haal (6, 7 )
C
goed haal (8, 9 )
D
uitmuntend haal ( 10 )

Slide 29 - Quiz

Als volgend onderwerp zou ik het liefst iets leren over het thema
A
mensbeelden
B
humanisme
C
hindoeïsme en boeddhisme
D
lijden en dood

Slide 30 - Quiz

Ook zou ik nog graag iets leren over het onderwerp

Slide 31 - Open question

Schrijf een top en een tip op voor de juf

Slide 32 - Open question