Tema 2 – la rutina diaria - exámen de español
Wat moet je kunnen voor de toets?
Je kan uitleggen hoe het werkwoord gustar werkt.
Je kan vertellen wat je (niet) leuk vindt en wat je (niet) leuk vindt om te doen.
Je kan reageren als iemand vertelt dat hij iets wel of niet leuk/lekker vindt.
Je kan vertellen over je dagelijkse routine (ook hoe laat, op welke dagen en hoe vaak je
de dingen doet).
Je kan vragen hoe laat het is en vertellen hoe laat het is.
Je weet het verschil tussen ‘’A las ocho …’’ en ‘’Son las ocho’’.
Je kan je lievelingseten beschrijven en vertellen welke ingrediënten erin zitten.
Wat moet je kennen voor de toets?
Alle lessonups van tema 2 (1 t/m 15), aantekeningen uit je schrift, vocabulaire
lijsten uit de reader
1. Hoe gebruik je het werkwoord gustar (aantekeningen en lessonups 1, 2 en 14)
2. De woordjes van deze periode uit de reader (S/N, N/S) :
Los interrogativos / el tiempo libre / La semana / la frecuencia / la rutina diaria / la
comida / la hora / el colegio
3. Los verbos reflexivos (de wederkerende werkwoorden). Je moet ook weten welke
werkwoorden wederkerend zijn.
4. De onregelmatige (wederkerende) werkwoorden van de tegenwoordige tijd (groep 1,
2 en 3). Je moet ook weten welke werkwoorden onregelmatig en zijn en tot welke
groep ze behoren.
5. Je moet de kloktijden kennen in het Spaans (cijfers tot 20 moet je voluit kunnen
schrijven).
Oefeningen die je thuis of in de klas hebt gemaakt
Neem alle oefeningen die je gemaakt hebt nog een keer door.
Hoe ziet de toets eruit?
1. Je krijgt een invuloefening waar je de juiste vorm van gustar moet opschrijven (met
het juiste persoonlijk vnw)
2. Je krijgt een oefening waarin je moet reageren op wat iemand anders (niet)
leuk/lekker vindt.
3. Je krijgt een invuloefening waarbij je de wederkerende werkwoorden moet vervoegen
(ook de onregelmatige; je moet uit je hoofd weten welke onregelmatig zijn).
4. Je krijgt een oefening met klokken waarbij je moet zeggen hoe laat het is.
5. Je krijgt een oefening met persoonlijke vragen over je dagelijkse routine.
6. Je krijgt een aantal vocabulaire oefeningen.
Begin op tijd met leren!
Kom je er niet uit, stuur ons dan een Teamsberichtje