2e Examentraining CE 2F/3F 1.2 Doel en Hoofdgedachte
1 / 34
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1,2
This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Centraal examen Lezen & Luisteren
Slide 2 - Slide
Wat gaan we vandaag doen?
Herhalen: teksten verkennen
Nieuwe theorie: Tekstdoelen.
Je kunt bepalen welk doel een maker met zijn tekst heeft en wat hij het belangrijkst vindt, zodat je kunt inschatten hoe waardevol de informatie voor jou is.
Slide 3 - Slide
Herhalen - de beste manier van leren
Slide 4 - Slide
Bekijk deze
afbeelding
goed....
timer
0:10
Slide 5 - Slide
Voor welke doelgroep is de advertentie geschreven?
A
Kinderen
B
Ouders
C
Docenten
D
Medewerkers
Slide 6 - Quiz
Nieuwe theorie
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Even oefenen
Slide 15 - Slide
timer
0:10
Oefenen met tekstdoelen
Slide 16 - Slide
Wat is het tekstdoel?
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
overhalen
Slide 17 - Quiz
Je krijgt hierna een vraag over het TEKSTDOEL.
timer
0:30
Slide 18 - Slide
Wat is het tekstdoel?
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
overhalen
Slide 19 - Quiz
Je krijgt hierna een vraag over het TEKSTDOEL.
timer
0:30
Slide 20 - Slide
Wat is het tekstdoel?
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
overhalen
Slide 21 - Quiz
Het verschil tussen DOEL ...
en BEDOELING
Denk hierbij aan de tekstdoelen, zoals informeren, instrueren, overtuigen en overhalen
Denk hierbij aan redenen waarom iemand iets zegt: kwetsen, imponeren, onderbreken.
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Kijk naar deze advertentie.
De vraag komt zo...
Slide 24 - Slide
Wat is de doelgroep?
A
Volwassenen boven de 60.
B
Volwassenen met kleine kinderen
C
Mensen die van gamen houden.
D
Tieners.
Slide 25 - Quiz
Vorige week deze samenvatting besproken:
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Slide
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Slide
Slide 30 - Slide
Slide 31 - Slide
Wanneer is iets een hoofdzaak?
A
Als je de tekst ook kunt begrijpen zonder deze informatie.
B
Als je de informatie nodig hebt om de tekst te begrijpen.
C
Als je de tekst alleen interessant vindt door deze informatie.
Slide 32 - Quiz
Wat is de bijzaak?
Verschillende automerken, zoals Fiat, Audi en BMW, hebben elektrische auto's.