Les 3 en 4 - Tekenen Mavo 4 - Periode 2 SE3

Week 48 
Les 3 en 4
Tekenen  - Mavo 4

Periode 2 - SE3

1 / 18
next
Slide 1: Slide
TekenenMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Week 48 
Les 3 en 4
Tekenen  - Mavo 4

Periode 2 - SE3

Slide 1 - Slide

Les 3 en 4 - 23 en 24 november 2020
VANDAAG:

Huiswerk 23-11: KA Lezen H2 - Gefantaseerde reizen , blz. 32 en 33 Maken KA, werkboek vragen 11 t/m 20, blz. 36 en 37  
  • Nakijken: Maken KA, werkboek vragen 11 t/m 20, blz. 36 en 37 Verder werken onderdeel B 



Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

B: Beeldend onderzoeken
Adviestijd: +/- 100 minuten                                                  Maximum score: 9 punten

Bij de beoordeling van dit onderdeel wordt de mate bekeken waarin jij diep en samenhangend beeldend onderzoek hebt gedaan.
Maak gebruik van materialen die je niet eerder gebruikt hebt

Bijvoorbeeld:
Maak schetsen, studies, proefjes

Slide 4 - Slide

Hoe doe je dit?
Onderdeel B (diepte onderzoek)

Nummer al je schetsen, printjes, materiaalproefjes op volgorde en per onderdeel. Maak schetsen en materiaalproefjes omdat ze iets toevoegen aan het geheel. Zorg voor diepgang. Als je bijvoorbeeld een landschap wil tekenen voor het thema "Reizen" waarin je een ontwerp gaat maken van een kunstwerk dan maak je minimaal 10 schetsen van verschillende standpunten van het landschap, schetsen waarmee je bepaald details uitlicht en schetsen waarbij dat duidelijk te zien is! Maak aantekeningen op je schetsen! Er mag op geschreven worden.

Jij geeft aan wat je nodig hebt voor dit onderzoek, vraag aan je docent!

Slide 5 - Slide

Kunstactief - Reizen
Hoofdstuk 2 - Gefantaseerde reizen
Theorie blz. 32 - 33
Werkboek vraag 11 t/m 20 - blz. 36-37

Slide 6 - Slide

Lees de tekst Wie hoog vliegt…

11. Bekijk afbeelding 3.19.
De vlucht van Icarus ging niet zoals hij zich dat had voorgesteld; hij stortte naar beneden.
 Aan welke voorstellingsaspecten van het schilderij van Rubens kun je zien dat Icarus in paniek is? Noem er twee. 

Voorbeelden van juiste antwoorden zijn:
- Verschrikt gezicht.
- Krampachtige handen.
- Schreeuwende mond.

Slide 7 - Slide

12. Bekijk afbeelding 3.19.
 Noem twee kenmerken waaraan je het atmosferisch perspectief herkent.

Voorbeelden van juiste antwoorden zijn:
- Afname van het contrast en daardoor minder goed waar te nemen details.
- Blauwkleuring van donkere partijen.
- Ineenvloeien van de kleuren van de achtergrond.

Slide 8 - Slide

13. Bekijk afbeelding 3.19.
Behalve met atmosferisch perspectief heeft Rubens op meer manieren diepte gecreëerd.
 Noem nog twee manieren waarop ruimte is gesuggereerd in dit werk.

Voorbeelden van juiste antwoorden zijn:
- Afsnijding.
- Overlapping.
- Vervaging (vorm en kleur).

Slide 9 - Slide

14. Bekijk afbeelding 3.19.
Dat Rubens een zeer goede schilder was kan je zien aan de vele verdraaiingen en verkortingen van de lichamen. 
 Leg het begrip verkorting uit. 
Beschrijf waar je de verkorting het best ziet in het werk.


De lengte van een vorm die naar de toeschouwer toe gericht is, wordt korter weergegeven dan deze werkelijk is. Dit is een vorm van ruimtesuggestie. 
Je ziet dat het beste aan het lichaam van de figuur naast Icarus (Daedalus), met name zijn torso, rechterbovenbeen en linkeronderbeen. Ook aan het rechteronderbeen van Icarus zelf  zie je dit. 

Slide 10 - Slide

15. Bekijk afbeelding 3.19 en 3.26.
 Vergelijk beide afbeeldingen. Noem twee voorbeelden van het aspect kleur waarin de afbeeldingen overeenkomen.

Voorbeelden van juiste antwoorden zijn:
- Afname van het kleurcontrast in de achtergrond en daardoor minder goed waar te nemen details.
- Donkere partijen op de voorgrond.
- Ineenvloeien van de kleuren van de achtergrond.

Slide 11 - Slide

16. Bekijk afbeelding 3.21.
De zeggingskracht van de Daedalus van Behan is heel anders dan die van de Icarus van
Rubens (afb. 3.19). 
 Wat straalt de Daedalus op afbeelding 3.21 uit?

Voorbeelden van een juist antwoord zijn:
- Kracht.
- Macht.
- Energie.
- Dynamiek.
- Trots.
- Klaar voor actie

Slide 12 - Slide

Lees de tekst Fantasiereis van moderne kunstenaars.
17. Bekijk afbeelding 3.22.
Het beeld lijkt bijna los te komen van de grond.
 Hoe heeft de kunstenaar weten te suggereren dat het beeld bijna los komt van de grond?
Noem twee manieren.

Voorbeelden van juiste antwoorden zijn:
- Het beeld helt naar voren zonder uit balans te zijn.
- Het beeld staat op het uiterste puntje van de teen.
- Op de kabels van de propellers staat spanning, alsof de figuur hierop leunt.

Slide 13 - Slide

18. Bekijk afbeelding 3.22.
 Welk aspect van de vormgeving zorgt ervoor dat het niet aannemelijk is dat de figuur kan
opstijgen? 

Voorbeelden van een juist antwoord zijn:
- Kleur: Het zwart maakt dat de figuur zwaar en log lijkt. Een wit pak zou een lichtere
uitstraling gehad hebben. 
- Vorm: De grove vorm maakt dat de figuur zwaar en log lijkt. Een gestroomlijnder pak
zou een lichtere uitstraling hebben gehad.

Slide 14 - Slide

Lees de tekst Naar de maan.
19. Bekijk afbeelding 3.24.
De raket van striptekenaar Hergé trekt de meeste aandacht.
 Noem daarvoor drie redenen.

Voorbeelden van juiste antwoorden zijn:
- Schaduwen wijzen naar de raket.
- Rood trekt de aandacht en de raket is het enige element met een rode kleur.
- De geblokte rood-witte kleurvormen trekken de aandacht.
- De drie figuren zijn op de raket gericht/kijken ernaar en Kuifje wijst ernaar.

Slide 15 - Slide

20. Bekijk afbeelding 3.24.
Op de cover zijn contrasterende kleuren gebruikt.
 Noem een plek op de afbeelding waar je contrasterende kleuren ziet. En leg uit wat het
effect is. 

Voorbeelden van juiste antwoorden zijn:
- Oranje pakken – blauwe cilinders op de rug.
- Oranje pakken – grijsblauwe ondergrond.
- Rode raket – gele maanbodem.
Effect: Vormen laten zich duidelijk onderscheiden.

Slide 16 - Slide

24-11: Af onderdeel B - tekeningen nummeren en procesverslag invullen 
 Start onderdeel C: procesverslag invullen 
Huiswerk 30-11: KA Lezen H3 - Op de fiets , blz. 34 en 35 Maken KA, werkboek vragen 21 t/m 30, blz. 37 en 38 
 Lezen Basis Beeldende Begrippen blz. 38 t/m 43 (KLEUR) maken oefening 1 (Bomenrij) en oefening 2 (Verschillende bomen) - opdracht is in de les uitgedeeld.        

Slide 17 - Slide

Tekst

Slide 18 - Slide